Woord ter bemoediging


HET NIEUWE NORMAAL IN ZICHT
Broeders en zusters,


Sinds de coronapandemie in maart vorig jaar begon, heb ik 30 Woorden van Bemoediging voor de gelovigen van ons bisdom geschreven. Een eerste reeks van 12 brieven schreef ik tijdens de eerste crisis. Deze brieven zijn in september vorig jaar gebundeld in het boek Het verdriet van Brabant. Helaas was het in oktober noodzakelijk om een tweede reeks teksten te starten. Met deze 18de brief wil ik deze reeks afronden. En de achtergrond zal helder zijn. De zorgen over corona worden snel minder. Dankzij de vaccinaties en de gunstige seizoeninvloed daalt het aantal besmettingen en ziekenhuisopnames in rap tempo. De regering heeft daarom in versneld tempo versoepelingen afgekondigd. En ook de bisschoppen kunnen de parochies gelukkig veel meer ruimte geven. Afgelopen donderdag kreeg u daarover bericht. En de verwachting is dat in de loop van augustus verdere versoepelingen mogelijk zijn. Het nieuwe normaal is in zicht. Alles bijeen een reden tot grote dankbaarheid. Na vele maanden met allerlei beperkingen kunnen onze geloofsgemeenschappen hun vleugels weer gaan uitslaan. Laten wij hopen dat ik in het najaar geen derde reeks bemoedigingsbrieven hoef te schrijven. Niemand van ons zit immers op een nieuwe crisis te wachten.


Ideeënbus
Met de leden van het kapittel, de dekenraad, de priesterraad, de diakenraad en de lekenraad heb ik recent gesproken over de nabije toekomst. De ene pastor is creatiever dan de andere als het gaat om het vinden van nieuwe mogelijkheden om het kerkelijk leven na corona op gang te brengen. Dat is ook helemaal niet erg. Niet iedereen hoeft het wiel uit te vinden. Vandaar dat wij een ideeënbus willen vullen. Pastores en parochiebesturen zijn recent door vicaris-generaal Lamers aangeschreven om met ideeën te komen waarmee parochies binnen ons bisdom elkaar kunnen helpen. Hopelijk wilt u uw plannen voor het post-coronatijdperk vòòr 15 juli met ons delen (via [email protected]). Wij zullen dan kort daarna de verzamelde ideeën op het terrein van liturgie en catechese maar ook op het terrein van diaconie en gemeenschapsopbouw met de parochies delen. Laat maar vele bloemen bloeien als het gaat om het reactiveren van onze geloofsgemeenschappen.


Vakantie in aantocht
Veel mensen zijn nog wat voorzichtig als het gaat om reizen, zeker ook als gaat om buitenlandse reizen. Maar ook in eigen land kan prima vakantie worden gevierd. Persoonlijk zou ik met mijn zus een rondreis maken door het zuiden van Engeland. Maar wij hebben besloten een dergelijke reis nog even uit stellen. Dagjes uit, het lezen van boeken en gezellige maaltijden met familie en vrienden, zullen mij hopelijk de nodige ontspanning geven. Ik wens u allen een mooie vakantietijd. Thuis, in eigen land of wat verder weg. Ieder maakt hopelijk een goede en gewetensvolle keuze.


Synodale weg
Begin september beginnen de scholen weer. Meestal is dat ook het moment dat de parochies in een hogere versnelling gaan functioneren. In het nieuwe werkseizoen 2021-2022 zal ook uw aandacht worden gevraagd voor de algemene bisschoppenconferentie over de toekomst van onze Kerk die in oktober 2023 in Rome zal worden gehouden. Ter voorbereiding heeft onze paus een synodaal proces gepland. Op zondag 17 oktober zal ik dat proces in ons bisdom openen met een feestelijke Eucharistie in de Sint Jan. In de maanden daarna organiseren wij een consultatie van gelovigen binnen ons bisdom. Een en ander zal geschieden aan de hand van vragenlijsten die ons vanuit Rome zullen worden aangereikt. Drie kernwoorden rond de synode zijn al bekend: communio, participatie en missie. Ik kan mij voorstellen dat voor menig parochiaan deze woorden vrij abstract in de oren klinken. Maar met enige uitleg komen zij al veel dichter bij.


Communio betekent gemeenschap. Onze Kerk is, als zij trouw is aan het onderwijs van Jezus, een liefdesgemeenschap. Ignatius van Antiochië noemt al aan het begin van de tweede eeuw alle christelijke gemeenschappen een liefdesbond. Het tweede kernwoord is participatie. Door het doopsel, het vormsel en de Eucharistie zijn alle gelovigen geroepen om hun geloof actief gestalte te geven. Bij participatie mag je dus denken aan de verantwoordelijkheid van het doopsel voor de voortgang van de geloofsgemeenschap en de vormgeving van onze samenleving. Nauw verbonden daarmee is het woord missie. Tussen Kerk en missie mag je een isgelijkteken zetten. Een Kerk die niet missioneert, heeft haar vitaliteit verloren. Juist in onze dagen komen er tal van missionaire projecten van de grond. Zowel als het gaat om evangelisatie als in de diaconale betekenis van het woord. Wij zijn geroepen om mensen bij Christus en zijn Evangelie te brengen. En tegelijk liefdevol en dienstbaar te leven. Woord en daad blijven zo dicht bij elkaar. Voor de toekomst van de Kerk in onze streken moeten wij hopen dat de missionaire initiatieven vruchtbaar zullen zijn.


Vanaf oktober start dus het synodaal proces. Wij gaan samen (sun) op weg (odos). Het worden maanden van horen en goed luisteren om zo de geesten te kunnen onderscheiden. Wat zegt Gods Geest vandaag tot de Kerk van ’s-Hertogenbosch? Wij zullen dat, evenals alle andere bisdommen, doorgeven aan het synodesecretariaat in Rome. Uiteindelijk zal de oogst van het synodaal proces de bisschoppen, die aan de synode van oktober 2023 deelnemen, hopelijk inspireren om de koers van de Kerk van morgen uit te zetten. In verbondenheid met onze paus als de voorzitter van de liefdesbond.


Oprechte dank
In dit laatste Woord ter Bemoediging wil ik alle pastores, parochiebestuurders, religieuzen en alle andere gelovigen oprecht danken voor hun inzet sinds maart vorig jaar. In uitzonderlijke omstandigheden hebben wij zo goed mogelijk het kerkelijk leven instandgehouden. Binnenkort komt er voor de meeste een wat rustiger vakantieperiode aan. Laten wij daarna enthousiast de vleugels weer uitslaan en de geloofsgemeenschappen opbouwen. Samen onderweg in het vertrouwen dat Christus met ons meegaat op weg naar Gods toekomst.


Mgr. dr. Gerard de Korte




DE VLEUGELS UITSLAAN
Zondag vierden wij het feest van de Gods Drie-eenheid. Ik schreef er al uitgebreid over in het meest recente nummer van de Nieuwsbrief van ons bisdom. Wij hoorden in het Evangelie de geweldige belofte van Jezus dat Hij bij ons zal zijn tot aan de voleinding van de wereld. Het is een bron van vreugde te weten dat Christus iedere dag met ons meegaat op weg naar de uiteindelijke ontmoeting met God van aangezicht tot aangezicht.


Tegelijk klonk ook de opdracht om uit te gaan en zoveel mogelijk mensen uit alle volkeren te maken tot leerlingen van de Heer. Met andere woorden: het Evangelie vraagt van ons een onbegrensde missionaire houding. Gelukkig lijkt dat maatschappelijk ook meer en meer mogelijk te worden. De regering is optimistisch over het verloop van de coronapandemie en wil in de loop van juni de vrijheidsbeperkingen versneld opheffen. Een en ander impliceert dat ook het kerkelijk leven meer ademruimte krijgt en wij de vleugels steeds meer kunnen gaan uitslaan.


Missie: evangelisatie en diaconie
Graag pleit ik voor een breed begrip van missie. Natuurlijk gaat het om in woord en daad te getuigen van Jezus. Als wij binnenkort meer vrijheid krijgen, vormt dat de eerste opdracht van iedere geloofsgemeenschap. De vreugde van onze vriendschap met Jezus laten zien en horen opdat anderen met ons mee gaan doen. Tegelijk impliceert missie naar mijn overtuiging ook diaconie. Leven met Jezus veronderstelt een bijzondere gevoeligheid voor de noden van de kleinen en kwetsbaren in onze samenleving. Een missionair-diaconale geloofsgemeenschap is beschikbaar voor de armen, de zieken en de eenzamen. Ik hoop dan ook dat de parochies niet alleen present zijn door liturgie en catechese, hoe belangrijk ook, maar evenzeer door een diaconale inzet in eigen dorp of wijk. Natuurlijk kunnen wij als katholieken, die leven binnen een wereldwijde Kerk, de noden van onze verre naasten niet vergeten. Met de woorden van paus Franciscus: laten wij niet onverschillig zijn maar solidair en barmhartig.


Kathedraallezing
Afgelopen vrijdag werd in de Sint Jan de jaarlijkse kathedraallezing gehouden voor mensen uit het openbaar bestuur en onze pastores. Professor Sophie van Bijsterveld hield een mooi en helder betoog over de relatie tussen Kerk en staat. Zij was vele jaren senator en is op dit moment hoogleraar aan de Radbouduniversiteit met het thema ‘Kerk en staat’ in haar leeropdracht. Er klonk een pleidooi voor zowel distantie als betrokkenheid. Distantie als het gaat om de eigen opdracht voor de overheid en het respecteren van de vrijheid van de Kerk. Maar tegelijk een hartelijke wederzijdse betrokkenheid als het gaat om de opbouw van onze samenleving en een versterking van de sociale cohesie. Juist dat laatste is voor een missionaire Kerk die de vleugels wil uitslaan een mooie opdracht. Wij zijn geroepen om de kostbare vrijheid van godsdienst zo optimaal mogelijk gestalte te geven maar altijd in het besef dat iedere vrijheid ook verantwoordelijkheid voor het geheel van de maatschappij betekent.


Priesterwijding
Afgelopen zaterdag mocht ik in de kathedraal tijdens een feestelijke Eucharistie Quinten Kerckhofs tot priester wijden. Wij lazen prachtige teksten uit de Heilige Schrift over de roeping van Jeremia. Maar ook over Christus als Hogepriester en als de goede Herder. Ik heb geprobeerd om de Bijbelse wijsheid naar Quinten toe te vertalen. Hij mag priester zijn in verbondenheid met de priester Christus. En hij mag pastor zijn in verbondenheid met de goede herder Christus. Maar altijd in het besef dat wij leven van het ontvangen. Een priester is zelf bedelaar die bij Christus brood heeft gevonden. Iedere priester heeft het voorrecht om andere bedelaars naar dat voedsel te geleiden. Jaren geleden mocht ik mijn doctorstitel in de theologie behalen door een studie naar de theologie van de Zwitserse theoloog Eduard Thurneysen. Thurneysen geldt als een theoloog van het Woord. De rijkdom van Christus, als Gods Woord in mensengestalte, is nooit genoeg te peilen. Pastoraat is voor hem allereerst luisteren. Quinten heb ik per 1 juli benoemd tot kapelaan in Vught. Ik hoop dat hij steeds weer bereid is tot luisteren. Natuurlijk naar God maar ook naar de gelovigen van de parochie. Gods Geest heeft de parochianen al zoveel waarheid, goedheid en schoonheid laten ontdekken. In ieder geval betekent pastoraat in het Nederland van vandaag dat je niet over de hoofden van de mensen heen spreekt en preekt. Pastoraat wenst fijngevoeligheid voor de cultuur van vandaag. Het is belangrijk om de mensen op te zoeken waar zij staan. In onze dagen zijn zij vaak vol vragen en onzekerheid. Alleen als je dicht bij jouw mensen blijft, kun je hen als priester brengen naar het hart van het geloof: naar Christus en zijn Evangelie. Ik bid dat Quinten als beginnend priester die fijngevoeligheid verder mag ontwikkelen.


Dekens en priesterraad
In de afgelopen weken heb ik digitaal vergaderd met de dekens en de leden van onze Priesterraad. Wij spraken over de schade van de coronapandemie voor onze parochies, zowel financieel als pastoraal. Door de crisis hebben onze parochies minder inkomsten. Het is belangrijk om de financiële schade te beperken door te geldwerving de verbreden en te verdiepen. In de staf van het bisdom is afgesproken dat de parochies vanuit het diocees daarbij worden geholpen.


Wij moeten de vleugels ook uitslaan om de pastorale schade van de pandemie te beperken. Het bisdom zal bij pastores in de parochies maar ook bij onze diocesane dienstverleners ideeën verzamelen om het parochieleven, zeker vanaf september, weer op peil te brengen. Ik denk aan een hele reeks van activiteiten die kunnen helpen om de parochianen opnieuw te mobiliseren. Ik hoorde van de dekens en de leden van de Priesterraad al mooie gedachten over parochiefeesten en het presenteren van de parochie op de markt in dorp of wijk. Maar ook over initiatieven voor koren, jongeren en ouderen en voor gezinnen. Laten wij hopen dat op dit terrein honderd bloemen gaat bloeien.


Synode oktober 2023
Paus Franciscus heeft voor oktober 2023 een algemene bisschoppensynode in Rome gepland. Het zal gaan over de opdracht van de Kerk. Centrale thema’s voor de synode zijn gemeenschap (communio), participatie en missie. Op weg naar de synode wil de paus in de gehele Kerk een synodaal proces op gang brengen om over deze thema’s te spreken. In de eerste Romeinse documenten over de synode wordt gesproken over een brede consultatie van de gelovigen door het beantwoorden van vragenlijsten en het organiseren van ontmoetingen binnen ieder diocees. Het synodaal proces moet vanaf oktober van dit jaar starten. De komende maanden zullen wij in ons bisdom deze consultatie voorbereiden. Het is mijn bedoeling om op zondag 17 oktober het synodaal proces in het bisdom van ’s-Hertogenbosch te starten met een feestelijke Eucharistie in de kathedraal. Wij zijn geroepen om een liefdevolle gemeenschap te zijn waarbij allen die gedoopt zijn optimaal participeren en vanuit een missionaire houding aan hun christelijk leven gestalte geven. Ook op dit front mogen wij onze vleugels gaan uitslaan.


Mgr. dr. Gerard de Korte



ENTHOUSIAST ONS GELOOF LEVEN – Pinksteren 2021
Op weg naar het feest van de Geest
Afgelopen donderdag hebben wij weer de Hemelvaart van de Heer mogen vieren. Christus is van de Vader uitgegaan en bij de Vader thuisgekomen. Voordat Jezus zijn vrienden verlaat, belooft Hij hen de Heilige Geest. Zij zullen niet verweesd achterblijven. Integendeel, de Geest zal komen als een Helper om hen te bemoedigen en kracht te geven. De Geest wil de eerste vrienden van Jezus bezielen en maken tot enthousiaste getuigen. Zij worden uitgezonden om als missionarissen in daad en woord te getuigen van Christus en zijn opstanding.


In deze coronatijd kunnen wijzelf de kracht van Gods Geest ontzettend goed gebruiken. Velen van ons zijn verdrietig of vermoeid geraakt door de stress van de pandemie. Maar aan de ergste ellende lijkt een einde te komen. Ook onze parochies kunnen stap voor stap hun activiteiten uitbreiden. En dan hebben wij begeesterde pastores en andere gelovigen nodig die de handen uit de mouwen steken om de schade van de pandemie te beperken en het parochieleven weer vleugels geven.


Eerste lustrum
Afgelopen vrijdag was het vijf jaar geleden dat ik in de Sint Jan werd geïnstalleerd als de nieuwe bisschop. Met een goede herinnering denk ik terug aan de prachtige Heilige Mis in een stampvolle kathedraal en de urenlange receptie in het Theater aan de Parade. Ik voel mij tot op de dag gedragen door de gebeden en de hartelijkheid van talloze gelovigen. In de weken na de installatie heb ik de twaalf dekenaten bezocht voor een eerste kennismaking met de pastorale teams, de besturen en de religieuze gemeenschappen. Deze ontmoetingen in combinatie met veel gesprekken in het bisschopshuis in de zomer van 2016 hebben uiteindelijk geresulteerd in het beleidsplan Samen bouwen in vertrouwen dat in oktober van dat jaar werd gepubliceerd en tot op de dag van vandaag leidend is voor het diocesaan beleid. Ik ben oprecht dankbaar voor de geweldige groep medewerkers in het bisschopshuis. Als team, met ieder zijn of haar eigen talenten, zetten wij ons in voor de voortgang van het katholiek leven. Met grote waardering noem ik ook alle pastores en de vele vrijwilligers die zich inzetten om het parochieleven gestalte te geven. En met ere noem ik ook onze religieuzen die als biddende cellen het geloofsleven van de Kerk van ’s-Hertogenbosch willen ondersteunen. (klik HIER voor de uitgesproken felicitatie aan bisschop De Korte door plebaan Vincent Blom aan het einde van de pontificale eucharistieviering van Hemelvaart)


Kerk in de marge……
Als wij nadenken over de Kerk van ons land in het algemeen en van ’s-Hertogenbosch in het bijzonder dan komt direct het woord kwetsbaarheid in beeld. De tijd van het Rijke Roomse Leven is voorbij, ook in het zuiden van het land. Geen massale participatie meer; geen vanzelfsprekend katholicisme. Over de achtergronden van de snelle ontkerkelijking in de laatste 50 jaar valt veel te zeggen, maar dat wil ik op dit moment niet doen. Wij kunnen in ieder geval constateren dat de kerkelijke krimp een feit is en er buiten, maar ook binnen, de Kerk veel religieuze onzekerheid bestaat. De Kerk functioneert niet meer in het centrum maar veel meer in de marge van de samenleving. Betekent deze situatie een einde oefening voor de Kerk? Ik denk zeker niet. Want naast religieuze onzekerheid leeft er ook op een breed front een religieus verlangen. Nog steeds geldt voor veel mensen de notie die wij vinden bij de grote kerkvader Augustinus: onrustig is ons hart, totdat het rust vindt in U. De Kerk heeft met de persoon en het evangelie van Christus goud in handen om de onrust bij tijdgenoten te bezweren. Christus kan in een vloeibare cultuur stabiliteit aan het leven schenken. Hij helpt ons bij de grote vragen rond zin, lijden en dood.


…….maar geen marginale Kerk
Een Kerk in de marge hoeft geen marginale Kerk te zijn. De theoloog Stefan Paas heeft onze situatie vergeleken met het begin van de vierde eeuw. Toen bekeerde keizer Constantijn zich tot het christendom. Tot die tijd was er geen staatssteun voor de Kerk en had zij op eigen kracht waarschijnlijk tien procent van de bevolking bereikt. Ook in onze dagen is iedere ondersteuning van de Kerk door de staat weggevallen. En misschien gaan wij terug naar een situatie dat 10% van de bevolking christen is. Dat betekent in ons land zo’n kleine twee miljoen mensen. Een kleine minderheid maar als deze minderheid vitaal is, kan zij van betekenis zijn voor de gehele samenleving. Wij hebben geen machtige christelijke zuilen meer in Nederland. Maar wij blijven geroepen om, met de woorden van Jezus, zout en licht te zijn in de wereld van vandaag. Na ruim een jaar lijkt de coronacrisis in de laatste fase te zijn aangeland. Er is licht aan het einde van de tunnel. Stap voor stap zullen ook de kerken hun vleugels kunnen uitslaan. De plannen voor een missionaire geloofsgemeenschap kunnen uit de ijskast. Hopelijk worden onze pastorale teams creatief in het vinden van nieuwe wegen. En de dienstverleners en andere medewerkers van het bisdom willen van harte bij die zoektocht helpen. Laten wij binnen onze Kerk geen tijd verliezen aan kleinmenselijke disputen maar elkaar van harte ruimte van leven gunnen. Als Christus ons allen heeft aanvaard en zijn hand op ons heeft gelegd, wie zijn wij dan dat wij elkaar niet van harte aanvaarden?


Creatief in kracht van de Pinkstergeest
De parochies van ons bisdom kunnen met vertrouwen de toekomst tegemoet gaan als wij ons helder en hartelijk presenteren. Helder betekent voor mij dat de drie-ene God centraal staat. De Geest opent onze ogen voor Christus en Hij brengt ons bij de Vader. Christus is de waarheid in persoon. Christelijke waarheid is altijd verbonden met liefde. Voor onze parochies betekent dat concreet een hartelijke en verwelkomende houding. In de huidige tijd zijn veel mensen buiten én binnen de Kerk onzeker en zoekend. Dat impliceert mildheid en prudentie. Alleen zo kunnen wij in de huidige samenleving missionair zijn en mensen bij Christus brengen. Hopelijk ontwikkelen de pastores en besturen de komende tijd de nodige creativiteit. Het pinksterfeest wil ons daarbij helpen. Wat denkt u van een parochiefeest zo gauw de situatie dat toelaat? In ieder geval moeten wij proberen onze mensen weer te mobiliseren. Als speerpunt van ons diocesaan beleid geldt onze inzet voor onze jongeren en gezinnen. Ik hoop en bid dat ons gezins- en familiepastoraat heel bijzonder gezegend mag worden. Laten wij ook bouwen aan diaconale en oecumenische geloofsgemeenschappen die juist door onderling dienstbetoon laten zien dat wij eigendom van Christus zijn.


Tot slot
In deze meimaand noemen wij natuurlijk ook Maria. De eerste leerling van de Heer en de eerste rank aan de wijnstok die Christus is. Op talloze plekken in ons bisdom, niet in de laatste plaats in de Sint Jan, zoeken nog steeds talloze mensen troost en bemoediging bij het gebed en het voorbeeld van de moeder van de Heer. Maria wachtte, met de eerste leerlingen, in het Cenakel op de Geest. Ook wij mogen de Pinkstergeest verwachten en ons christen- zijn enthousiast en creatief gestalte geven.


Mgr. dr. Gerard de Korte



DE RODE PAUS EN ONZE MISSIONAIRE OPDRACHT
De meeste mensen houden van orde en helderheid. Dat geldt ook voor de beoordeling van medemensen. De een is conservatief en de ander progressief. Zo houden wij het leven immers lekker overzichtelijk. Maar wanneer wij wat meer inzoomen, wordt duidelijk dat wij een ander mens daarmee zwaar onrecht doen. Een mens heeft namelijk altijd meer en soms tegenstrijdige facetten.


Dat viel mij ook weer op bij het lezen van de prachtige biografie van kardinaal Willem van Rossum (1854 – 1932) waarvan ik recent het eerste exemplaar, tijdens een ontmoeting in het bisschopshuis, door de auteur dr. Vefie Poels kreeg aangereikt. Veel katholieken, en zeker andersdenkenden, zullen bij het horen van de naam van de kardinaal wat schaapachtig kijken en vragen wie hij was. Dat is ook niet zo vreemd want een groot deel van zijn leven werkte hij in Rome als lid van de curie. Maar in de Eeuwige Stad bekleedde hij tussen 1918 en 1932 een zeer invloedrijke positie als prefect van de Propaganda Fide, het missiedepartement van het Vaticaan. De bijnaam rode paus maakt dat wel duidelijk. De kardinaal die aan het hoofd stond van het missiesecretariaat kon zich meten met de paus in het wit.




Theologisch behoudend
Willem van Rossum werd in een eenvoudig milieu in Zwolle geboren. Al vroeg werd hij wees. Hij is een man vol tegenstrijdigheden. Theologisch was hij ultraconservatief. In het begin van de vorige eeuw heerste er in de Rooms Katholieke Kerk veel wantrouwen. Je kon al snel worden verdacht van vrijzinnige of ketterse opvattingen. Priesters moesten vanaf 1910 een eed tegen het modernisme afleggen. Er ontstond een benepen sfeer van verdachtmakingen en op alle niveaus werden mensen aangeklaagd. Het was een soort wedstrijd in rechtzinnigheid. En kardinaal van Rossum deed met dit spel van harte mee en werd een geharnaste bestrijder van het virus van het modernisme.


Beleidsmatig vooruitstrevend
Tegelijk was deze oerconservatieve theoloog juist op het terrein van de missie open en werkte hij met een vooruitziende blik. Hij streefde naar het doorbreken van de band tussen missie en de koloniale politiek en was een sterk voorstander van de opbouw van een inheemse clerus. Zijn ideaal was weliswaar een centraal geleide Kerk, maar tegelijk ook van een waarlijk universele Kerk waarbinnen het Italiaanse of Europese element niet de boventoon voerde. Dat deed hij overigens met een beroep op oude kerkelijke documenten uit de 17de eeuw. Maar tegelijk paste het bij de ontwikkelingen van de 20ste eeuw. In de loop van die eeuw zouden immers de meeste kolonies onafhankelijke staten worden. De jonge kerken in deze koloniale landen waren op het moment van onafhankelijkheid al ver gevorderd in het opleiden van een eigen kerkelijk kader. Dat was voor de continuïteit van het missiewerk, ook na de dekolonisatie, van grote betekenis.


Feest van de missie
Wie missie zegt, denkt direct aan de betekenis van de heilige Geest. In kracht van Gods Geest is de Kerk immers vanuit Jeruzalem verspreid over de gehele aarde. In deze Paastijd zijn wij op weg naar Pinksteren, het feest van de missionaire Kerk. Wij zijn dankbaar voor alle missionarissen die vanuit Nederland het goede nieuws hebben verspreid en nog verspreiden. Wij zijn ook dankbaar voor de missionarissen die naar ons land gekomen zijn. In ons eigen bisdom werken priesters uit India en een aantal Afrikaanse landen Wij spreken niet voor niets over een reversed mission, een omgekeerde missie. Maar het komende Pinksterfeest bepaalt ons ook bij onze eigen missionaire opdracht.


Zondag van de goede Herder
Gisteren vierden wij Roepingenzondag. Deze zondag tussen Pasen en Pinksteren vieren wij Jezus als de Herder die voor zijn mensen zorgt. Traditioneel vormt deze zondag de dag waarop wij bijzonder stil staan bij het thema roeping. Ieder mens heeft als schepsel een roeping. Maar dat geldt natuurlijk zeker voor iedere christen. In kracht van de Geest is elke gedoopte geroepen om de herderlijke zorg van Christus zichtbaar te maken. Binnen het Gods volk zijn er ook bijzondere roepingen. Ik noem de roeping tot diaken en priester maar ook tot het religieus leven binnen een kloostergemeenschap. Wij zijn dankbaar voor allen die de studenten van het Sint-Janscentrum – onze diaken- en priesteropleiding – met hun gebed maar ook financieel ondersteunen. Afgelopen vrijdag mocht ik tijdens de ochtendmis in de Sint-Janskathedraal Martijn Derks, een van onze priesterkandidaten, aanstellen tot acoliet op weg naar zijn wijding tot diaken en priester. Graag noem ik ook het werk van Missio. Via studiebeurzen maken zij de opleiding van priesterkandidaten in Afrika en Azië mogelijk.


Vleugels uitslaan
Door de coronapandemie zijn er allerlei beperkingen om de kerkelijke vleugels uit te slaan. Vanaf komende woensdag wordt in kleine stappen de weg naar meer vrijheid ingeslagen. Binnen afzienbare tijd komt er ook meer ruimte voor het kerkelijk leven. Hopelijk zullen parochies oude plannen, die even zijn geparkeerd, weer uit de koelkast halen. Ik weet van teams die enthousiast zijn over methoden als Divine Renovation en Rebuilt. Andere pastorale teams zijn in zee gegaan met onze mensen van het Familiepastoraat. En weer anderen plannen eigen missionaire activiteiten. Dat is allemaal prima. Laat op het terrein van het missionair pastoraat maar duizend bloemen bloeien. Kardinaal van Rossum is een belangrijke erflater als het gaat om missionaire inzet. Zijn voorbeeld kan ons inspireren om in onze dagen creatief nieuwe wegen te zoeken en de vleugels uit te slaan om de persoon en het Evangelie van Christus present te stellen. Laat op het komende Pinksterfeest Gods Geest maar stevig waaien en ons letterlijk inspireren om de Heer zichtbaar te maken in het concrete leven van iedere dag.


Mgr. dr. Gerard de Korte
Bisschop van ‘s-Hertogenbosch




EEN BOEKET ZEGENINGEN12 april 2021
In een sfeervol versierde Sint Jan hebben wij dit jaar helaas met een kleine groep de Chrismamis moeten vieren. Een feestelijke en grote bisdomviering was door de coronabeperkingen voor het tweede jaar op rij, niet mogelijk. Gelukkig heeft de techniek ons geholpen. Via de livestream hebben uiteindelijk honderden pastores en andere gelovigen kunnen meevieren. In mijn preek sprak ik over de somberheid die de pandemie kan oproepen. Maar ook over een eenvoudige maar voor mij persoonlijk werkzame therapie: tel niet alleen de zorgen maar ook de zegeningen. Vaak kleine gebeurtenissen of ontmoetingen die plezier en vreugde geven. Zegenen heeft alles te maken met goede woorden spreken, door God of door mensen. Als wij aandachtig leven kunnen wij in ons bestaan meer zegeningen ontdekken dan op het eerste gezicht wordt gedacht. Misschien mag ik een klein boeket zegeningen aanreiken uit mijn eigen agenda van de afgelopen dagen.


Paasvieringen
Het is voor mij als bisschop een voorrecht om de hoogfeesten in de Sint Jan, een van de mooiste kerken van ons land, te mogen vieren. De plebaan had weer gezorgd voor een prachtige versiering van het liturgisch centrum. Voor de preek werd ik geholpen door de Passion die dit jaar in Roermond werd gehouden. Als centraal thema was gekozen: Ik ben er voor jou. Juist in deze coronatijd kunnen wij worden bemoedigd door mensen die er voor ons willen zijn. Met goede woorden en hartelijke daden. Aan het slot van de Passion zingt de verrezen Heer deze woorden. Een zegengroet van Godswege. Christus wil ook in deze lastige tijd er zijn voor ieder van ons. Ik hoop dat velen door deze boodschap zijn getroost en bemoedigd. Mijn Pasen was niet alleen gevuld met liturgische vieringen maar ook met momenten van gezelligheid. Zo bracht ik Paasbloemen bij mijn zus en werd ik door Mgr. Hurkmans getrakteerd op een heerlijk diner. Mijn voorganger toonde opnieuw een goede kok te zijn. Op Tweede Paasdag organiseerde plebaan Blom op de plebanie een gezellige brunch. Onverwacht een moment van ontspanning.


Gemeenschappelijk priesterschap
Afgelopen woensdag nam ik deel aan een boeiende digitale studieochtend over het proefschrift van dr. Pouw, een priester van Opus Dei. De studiedag was georganiseerd door de Christelijk Gereformeerde Universiteit te Apeldoorn, in samenspraak met de Katholieke Vereniging voor Oecumene. Dr. Pouw schreef zijn dissertatie over het gemeenschappelijk priesterschap bij Luther en Calvijn en in de katholieke theologie na het laatste concilie. Tijdens de ochtend werd duidelijk dat het besef van het priesterschap van alle gedoopten bij veel katholieken nog maar beperkt geland is. Juist het gemeenschappelijk priesterschap impliceert dat iedere gedoopte het alledaagse leven moet heiligen. Met andere woorden: iedere gedoopte heeft vanuit de relatie met Christus een grote verantwoordelijkheid om de Heer en zijn Evangelie actueel zichtbaar te maken. Alles bijeen een boeiende ochtend met inzichten die de missionaire inzet van allen binnen onze parochies theologisch en spiritueel kan versterken.


Dialoog met de PKN en Kurhessen Waldeck
Al meer dan 50 jaar bestaat er een jaarlijkse oecumenische ontmoeting tussen ons eigen bisdom, de protestantse gemeenschap in het zuiden van ons land en het lutherse bisdom Kurhessen Waldeck in Duitsland. Normaal zijn dat drie volle dagen. Door corona moesten wij ons dit jaar tot een digitale ontmoeting beperken. Twee lange middagen kwamen wij voor het scherm bijeen. Het levert je wel vierkante ogen op maar daar staat veel tegenover. Dit jaar was ons bisdom gastheer en onze gedelegeerde voor de oecumene, pastoor Ton Sip, toonde zich een prima moderator. Naast de verschillende jaarberichten over het kerkelijk leven in coronatijd hebben wij geboeid geluisterd naar een mooie lezing van abt Bernardus van abdij Koningshoeven. Hij hield een fijnzinnige lezing over Thomas Merton. Alles bijeen vermoeiende middagen maar ook vol rijkdom. Aan het einde van de tweede dag werd ons gevraagd om volgende jaar opnieuw gastheer te zijn maar dan hopelijk tijdens een liveontmoeting. Laten wij hopen en bidden dat een en ander dan ook mogelijk zal zijn.


Verband van Katholieke Maatschappelijke Organisatie
Vorige week nam ik als bisschop deel aan het voorzittersoverleg van het VKMO. Het gaat om meer dan 30 organisaties uit het maatschappelijk middenveld met een K of C in de naam. Ik noem vakbonden, onderwijsorganisaties, uitgeverijen, de Vastenactie, het Huis van de Pelgrim, Miva, Pax en vele anderen. Voor de pauze kwamen allerlei zakelijke thema’s aan de orde. Maar na de pauze was het inhoudelijk boeiend doordat wij spraken over katholiciteit in een seculiere context. Al meerdere decennia zien wij in Nederland een snelle ontkerkelijking. Een en ander heeft natuurlijk ook gevolgen voor organisaties met een K in de naam. Het gevaar van neutralisering van de organisaties is levensgroot. Juist het VKMO wil een verdamping van de katholieke identiteit van de aangesloten organisaties voorkomen. Dat kan alleen door dragers van de katholieke traditie te helpen en ondersteunen.


Eerste steen parochiecentrum Rosmalen
Afgelopen zondagochtend reisde ik naar Rosmalen voor een feestelijke Eucharistie in de Lambertuskerk. Kapelaan van Meeteren en emeritus pastoor Schepers waren concelebranten. Wij lazen het Evangelie van Thomas die geloviger blijkt te zijn dan in het gezegde wordt gesuggereerd. Als hij de levende Heer mag zien en zijn wonden aanraken, spreekt hij de indringende woorden: Mijn Heer en mijn God. In de wonden herkent Thomas zijn Heer. Velen van u kennen het boek van Tomas Halik, Raak de wonden aan. De opgestane Heer is de Gekruisigde. Tot op het kruis toonde Jezus zijn solidariteit met een wereld in nood. De levende Christus is ook vandaag te herkennen in de littekens bij mensen. In allen die gewond langs de weg van het bestaan liggen, is de Heer zelf te ontmoeten. Als wij dat beseffen, voedt dat ook onze solidariteit met onze tijdgenoten, juist hen die tussen wal en schip zijn gevallen. Na de preek mocht ik de eerste steen van het nieuwe parochiecentrum zegenen. Naar verwachting is het gebouw in de zomer voltooid. Een plek voor gemeenschapsvorming, catechese en diaconie. Ik hoop dat het nieuwe centrum een plek van ontmoeting mag worden voor katholieken en vele anderen in de Mariaparochie.


Priesterwijding broeder Jan o.f.m.
Spraken wij afgelopen woensdag tijdens de studieochtend over het priesterschap van alle gedoopten, afgelopen zondagmiddag was ik in het Stadsklooster San Damiano te ’s-Hertogenbosch voor de priesterwijding van broeder Jan ter Maat. Onze Kerk heeft ook gewijde priesters nodig, met name voor een verantwoorde verkondiging van Gods Woord maar ook voor de voortgang van het sacramentele leven van de Kerk. Ondanks de huidige beperkingen was het een mooie en feestelijke wijdingsplechtigheid. De zondag na Pasen staat in het teken van de goddelijke barmhartigheid. Ik heb er alle vertrouwen in dat broeder Jan als Franciscaan die barmhartigheid zowel moreel als sociaal zichtbaar zal maken. De kerk van het klooster is nog steeds een plek waar mensen komen biechten. En in de geest van de Heilige Franciscus wil het stadsklooster er met name ook zijn voor de kleinen en kwetsbaren van de stad. Ik weet zeker dat broeder Jan zijn gaven van hoofd en hart, juist ook voor hen, zal willen inzetten.


Tot besluit
In het bovenstaande gaf ik u een kleine inkijk in mijn agenda van de afgelopen dagen. Momenten van vieren en gebed maar ook allerlei ontmoetingen. Wie goed kijkt en luistert kan er zegeningen in ontdekken. God die goede woorden spreekt door zijn Woord maar ook door concrete mensen die ik live of digitaal mocht ontmoeten. Ik hoop dat u ook zelf aandachtig mag luisteren naar de zegeningen in uw eigen bestaan. Laten wij ons, in deze tijd vol zorgen en ongemak, niet laten meeslepen door somberheid. Juist nu mogen wij onze zegeningen tellen.


Mgr. dr. Gerard de Korte



MET CHRISTUS OPSTAAN TOT NIEUW LEVEN 29 maart 2021
Broeders en zusters,


Afgelopen zondag hebben wij Palmzondag gevierd. De Goede of Lijdensweek is begonnen.


Ik beleef deze dagen als de meest intense dagen van het kerkelijk jaar. En vermoedelijk geldt dat ook voor de meesten van ons. Zondag stonden wij stil bij de aankomst van Jezus in Jeruzalem. Hij wordt als een vredesvorst ontvangen. Hij is een zachtmoedige koning. Niet te paard maar op het veulen van een ezel. Een koning zonder soldaten. Deze koning zal dan ook geen leven van anderen nemen. Hij wordt toegezongen en er heerst een feestelijke stemming. Maar al snel slaat die stemming om en wordt de sfeer grimmig. De tegenstanders zien hun kans om Jezus tot zwijgen te brengen. Jezus voorziet de plannen van zijn vijanden. Hij kent hun haat en is bedroefd en angstig. Toch kan niets of niemand Hem van zijn levensopdracht afbrengen. Hij houdt vaste koers ook als het geweld naderbij komt. Niet mijn wil maar Uw wil, zal Hij bidden.


Maaltijd met zijn vrienden
Vlak voor zijn sterven viert Jezus nog een keer maaltijd met zijn vrienden. Zij vieren het Pesachfeest. Tot op de dag van vandaag vieren Joodse mensen dan de bevrijding van Israël uit de slavernij van Egypte. Opvallend is dat Jezus tijdens deze maaltijd die bevrijding verbindt met zijn eigen persoon. Hij deelt het brood en laat de wijn rondgaan als zijn eigen lichaam en bloed. Het worden tekens van een nieuw verbond en van vergeving en verzoening. Zo wordt in deze maaltijd al vooruit gegrepen op wat een dag later zal gebeuren op het kruis. Steeds als wij bijeenkomen voor het vieren van de Eucharistie staat dat centraal. Christus laat zich breken en delen om ons te bevrijden van liefdeloosheid en de dood. En Hij voedt ons opdat wij de weg van de navolging kunnen bewandelen. Zijn liefde en vergeving delen met elkaar.


Een smadelijke dood
Hij wordt gearresteerd en gemarteld en sterft uiteindelijk aan het kruis op Golgotha. Jezus heeft ons geleerd dat er geen grotere liefde bestaat dan om het leven te geven voor vrienden. Toch heeft Hij een nog grotere liefde geleefd. Hij sterft immers niet alleen voor zijn vrienden maar ook voor zijn vijanden. Uw Zoon, de enige Gerechte, heeft zich overgeleverd in onze handen. Hij werd genageld aan een kruis. Daar heeft Hij met wijd gestrekte armen het onverwoestbaar teken opgericht van het verbond tussen de hemel en de aarde (Eucharistisch gebed VII). Teken van Gods verzoenende liefde. De beproeving van de Heer is groot geweest maar heeft niet geleid tot wanhoop. Want Christus wist zich geborgen in de liefde van God. Van de Vader was Hij uitgegaan; tot de Vader keerde hij terug.


Het geheim van Pasen
De boodschap van Pasen luidt dat Christus bij God is thuisgekomen. De dood heeft niet het laatste woord. Dat geldt ook in deze tijd van de coronapandemie. Het laatste woord is niet aan een onzichtbaar virus maar aan God. Hij is de oorsprong en het einde. Als wij nadenken over het Paasgeheim komen wij al snel woorden tekort. Want het is goed te beseffen dat Pasen meer is dan het levend worden van een dode. In de Heilige Schrift vinden wij meerdere voorbeelden van dodenopwekkingen. Ik denk aan Lazarus en meerdere kinderen. Christus roept hen terug uit de dood. Hoe raadselachtig deze gebeurtenissen ook zijn, zij zijn niet te vergelijken met het Paasgeheim. Lazarus en de kinderen moesten immers alsnog sterven. De Schrift belijdt dat Christus door de dood heen is gegaan en de Levende is. Op Hem heeft de dood geen grip. Als wij daar over nadenken gaat het ons duizelen en gaan wij ook stamelen en stotteren. Want alle leven dat wij kennen is immers aan de dood gewijd. Het nieuwe leven van Christus betekent voor ons een belofte. Wij zijn niet opgesloten tussen geboorte en dood. Integendeel, wij mogen hopen op een thuiskomen. Nu al mogen wij met Christus opstaan tot nieuw leven.

Vieringen met een kleine groepen
Onze kerken zijn omwille van de bescherming van de gezondheid van mensen, heel bijzonder de meest kwetsbaren onder ons, geopend voor vieringen met een kleine groep van maximaal 30 gelovigen. Ik weet dat deze regeling van de Nederlandse bisschoppen voor niet weinig priesters en gelovigen een groot offer vormt en verdriet teweegbrengt. En ik kan dat heel goed begrijpen. Het samen vieren van de Eucharistie in een kerkgebouw en het ontvangen van de Heilige Communie is niet te vergelijken met het volgen van de Eucharistie op de televisie of langs de digitale weg, hoe blij velen van ons daar ook mee zijn. Maar dit offer moet nog steeds worden gebracht en de pijn gedragen omwille van de gezondheid van onszelf en anderen. Op dit moment leven wij in de derde golf van de pandemie en de besmettingscijfers lijken steeds hoger te worden. Dit jaar organiseren de bisschoppen de actie Vier Pasen. Op de website van deze actie vindt u allerlei tips en aanbevelingen om in de huiselijke kring biddend stil te staan bij het kruis en de opstanding van de Heer. Zo kunnen wij in onze kerkgebouwen maar ook thuis de lofzang tot de goede God gaande houden.


Tot slot: elkaar blijven bemoedigen
In deze Goede Week gedenken wij de laatste dagen uit het aardse leven van Christus. Hij is tot het uiterste beproefd en heeft grote angst gekend. Maar uiteindelijk werd de angst geen wanhoop. Vol vertrouwen werd Jezus dienaar die de voeten van zijn leerlingen heeft gewassen als teken van zijn dienende liefde. Een dag later geeft Hij zijn leven aan het kruis.


Vriend én vijand mogen weten van vergevende liefde. In alle doodsangst legt Jezus zijn leven in de handen van de Vader. Op de Paasmorgen heeft Hij nieuw en ander leven ontvangen. Christus is de Levende. Rondom Hem mogen wij Kerk zijn. Hopelijk is het Paasgetuigenis voor u in deze tijd van pandemie een bron van troost. Laten wij elkaar blijven bemoedigen.


Ik wens u en al uw dierbaren een zalig en gezegend Paasfeest.


Mgr. dr. Gerard de Korte




EEN ZORGZAAM MENS – Gedachten bij het Jozefjaar
17 maart 2021

Afgelopen december heeft paus Franciscus het Jozefjaar afgekondigd. Komende vrijdag, als wij het hoogfeest van de heilige Jozef vieren, gaat het jaar van start. Wij worden de komende tijd uitgenodigd, misschien meer dan anders, bij de persoon van Jozef stil te staan. In deze elfde brief ter bemoediging wil ik allereerst stilstaan bij de stamvader Jozef die wij in het Oude Testament tegenkomen. Vervolgens staan wij stil bij Jozef in het Nieuwe Testament. Graag wil ik ook nadenken over de betekenis van Jozef voor ons vandaag. Bijzonder ook toegespitst op zijn rol als beschermer van vluchtelingen en van onze gezinnen.


De stamvader Jozef
Persoonlijk vind ik het Jozefverhaal (Genesis 37-50) een van de mooiste delen van het Oude Testament. Het is een verhaal vol met uitermate menselijke deugden en ondeugden. Wij horen over jaloezie en geweld, over lust en haat maar ook over mildheid, vergevingsgezindheid en de kracht van familieverbanden. En uiteindelijk staat heel het verhaal in het teken van Gods voorzienigheid. Jozef is de lievelingszoon van de aartsvader Jakob. Deze voorkeursliefde maakt de andere zonen van Jakob jaloers. De jaloezie loopt zo hoog op dat sommige broers Jozef zelfs willen doden. Uiteindelijk komt het niet zover maar wordt Jozef aan slavenhandelaars verkocht. Hij komt in Egypte terecht en wordt slaaf in het huis van een zekere Potifar. Jozef is een knappe jongeman en de vrouw des huizes probeert hem te verleiden. Als Jozef niet op de avances in wil gaan, slaat de liefde om in blinde haat. Jozef wordt beschuldigd van een oneerbaar voorstel en verdwijnt in de gevangenis.


Onderkoning
In de gevangenis komt Jozef bekend te staan als iemand die dromen kan uitleggen. Als de farao van Egypte een droom heeft gehad, de bekende droom van de zeven vette en de zeven magere koeien, en niemand aan het hof de droom kan uitleggen, wordt ook Jozef geraadpleegd. Hij voorziet zeven jaren met overvloedige oogsten én zeven jaren van misoogsten en hongersnood. De farao neemt op basis van deze Traumdeutung maatregelen en laat grote voorraadschuren bouwen om aan de voorspelde hongersnood weerstand te kunnen bieden. Als beloning wordt Jozef uit de gevangenis vrijgelaten en krijgt hij, als onderkoning, een hoge bestuursfunctie. Als ook Jakob en zijn familie slachtoffer worden van de wereldwijde hongersnood, gaan de broers naar Egypte om daar graan te kopen.


Vergeving
De broers komen bij Jozef terecht die zich uiteindelijk in een emotioneel moment bekendmaakt als hun broer. Jozef spreekt dan zeer indrukwekkende woorden tot zijn broers. Zij hoeven niet terneergeslagen te zijn en zich niet te verwijten dat Jozef als slaaf is verkocht. In de duiding van Jozef heeft God zelf hem naar Egypte gebracht om zijn familie in leven te houden (Genesis 45,5). Deze woorden tonen op een indrukwekkende wijze de mildheid en de vergevingsgezindheid van Jozef. Maar deze woorden bevatten ook de sleutel om de gehele Jozefnovelle te kunnen begrijpen. Het is God zelf die de hele geschiedenis leidt. Het staat voor Jozef vast dat God alles ten goede kan keren en mensen tot zegen wil zijn. Heel pregnant horen wij dat uit de mond van Jozef als hij zegt Jullie hebben kwaad tegen mij beraamd, maar God heeft het ten goede gekeerd, om te bewerken wat nu is geschied, het behoud van een talrijk volk (Genesis, 50,20).


Jozef in het Nieuwe Testament en onze kerkelijke traditie
De stamvader Jozef in het Oude Testament en Jozef, de man van Maria, in het Nieuwe Testament hebben grote verwantschap. Jozef zorgt voor brood voor Maria en Jezus, zoals eeuwen daarvoor stamvader Jozef in Egypte al brood gaf aan zijn familie. Later zal Jezus, die als kind aan de zorgzaamheid van Jozef is toevertrouwd, zichzelf als brood schenken voor het leven van onze wereld. In het Evangelie vinden wij maar weinig gegevens over Jozef. Zo is geen enkel woord van hem opgeschreven. Na het bezoek van de wijzen uit het Oosten in Bethlehem, wijkt Jozef met Maria en de pasgeboren Jezus, uit naar Egypte om te ontkomen aan de moordplannen van koning Herodes. Vanuit Egypte brengt hij moeder en kind weer veilig terug en zij vestigen zich in Nazareth. Daar is hij, volgens de traditie, de voedstervader van Jezus. Als een zorgzaam en rechtvaardig mens beschermt hij zijn bruid en het kind Jezus.


Het leven van Jozef wordt zo getekend door zelfgave. Hij vindt zijn geluk in de dienstbaarheid aan God en de naaste. In de traditie van de Kerk is de timmerman Jozef, die als ambachtsman de kost verdiende, uitgegroeid tot een beschermer van arbeiders en andere werkende mensen. Hij vormt een schutspatroom voor allen die zoeken naar werk en een waardig leven voor zichzelf en hun gezinnen.


Jozef als beschermer van vluchtelingen
In het licht van de Bijbelse gegevens is het niet zo vreemd dat paus Franciscus Sint Jozef verbindt met de zorg voor armen en vluchtelingen. Jozef was immers zelf een vluchteling in Egypte. Vanaf het begin van zijn pontificaat in 2013 heeft de paus aandacht gevraagd voor het lot van de vele miljoenen mensen die voor oorlog of honger op de vlucht zijn geslagen. Kort na zijn verkiezing tot bisschop van Rome vierde de paus op het eilandje Lampedusa de Eucharistie en herdacht hij de mensen die op hun vlucht in de Middellandse Zee zijn verdronken. Vaak spreekt de paus over de onverschilligheid van de wereld over het lot van de armen en de ontheemden. Hij doet steeds opnieuw een hartstochtelijke oproep om alle lauwheid achter ons te laten en een helper te zijn voor allen die geen helper hebben. De heilige Jozef kan in dat opzicht voor ons een inspiratiebron zijn. Zijn zorgzaamheid en beschermende liefde kunnen ons de moed en de kracht geven ons niet neer te leggen bij het onrecht in onze huidige wereld. Veel mensen in Europa, en ook in ons eigen land, houden hun hart gesloten voor de noden van de vluchtelingen aan onze poort. Van christenen mag een andere houding worden verwacht.


Jozef als beschermer van het gezin
Niet alleen het lot van de vluchtelingen gaat onze paus ter harte. Hij heeft ook grote aandacht voor onze gezinnen. Het Jozefjaar is ook het jaar van het gezin. Wij weten hoe belangrijk een veilig en liefdevol gezin is voor een evenwichtige en gelukkig uitgroei van kinderen. Helaas is in veel landen, ook ons eigen land, het gezin in een crisis beland. Een en ander heeft een complexe achtergrond. De socioloog Zygmunt Bauman heeft gesproken over een liquid modernity. In de huidige samenleving is veel vloeibaar geworden. Helaas geldt dat ook voor talloze relaties. Een en ander impliceert talloze scheidingen zodat niet weinig kinderen een stabiel gezin, waar liefde en trouw worden voorgeleefd, moeten ontberen. In ons bisdom zetten wij in op missionair pastoraat. Een belangrijke rol daarbij is weggelegd voor onze dienstverleners voor gezins- en familiepastoraat. Zij plannen tal van activiteiten om het gezinsleven te versterken en de geloofsopvoeding van kinderen binnen het gezin te ondersteunen. De Heilige Jozef kan daarbij een voorspreker zijn.


Jozef en wijzelf
In het Nieuwe Testament ontmoeten wij Jozef als een rechtschapen mens die primair luistert. Geen man van grote woorden maar allereerst van de daad. In het komende Jozefjaar komt een aantal waarden en deugden in beeld die ons tot inspiratie kunnen zijn. Juist in deze coronatijd hebben wij behoefte aan betrouwbare mensen, zoals Jozef, die een ander gelukkig willen maken en zo zelf geluk ontvangen. Wij hebben geen behoefte aan mensen die hun wapenfeiten van de daken schreeuwen en zichzelf op de borst kloppen. Maar veeleer moet het in onze dagen gaan om typische Jozefdeugden. Ik denk aan gehoorzaamheid aan Gods stem, stille dienstbaarheid, leven in de schaduw, tedere liefde en geduld. De heilige Jozef heeft ze ons, in kracht van Gods Geest, voorgeleefd.


Mgr. dr. Gerard de Korte




VERKIEZINGEN IN CORONATIJD 8 maart 2021
Binnenkort mogen wij weer stemmen voor de Tweede Kamer. Onze media staan vol nieuws over de aanstaande verkiezingen. Politici worden geïnterviewd. Wij lezen allerlei achtergrondinformatie en op de televisie worden debatten gehouden. Door de coronapandemie zijn er maar weinig live verkiezingsbijeenkomsten. Maar de kranten, de radio en televisie en, in toenemende mate, de nieuwe sociale media helpen om de standpunten van de verschillende politieke partijen voor het voetlicht te brengen. Zo kunnen mensen bepalen welke partij of kandidaat zijn of haar stem zal krijgen. Voor velen staat de politiek in een negatief daglicht. Het wordt vaak verbonden met machtspelletjes en slimme retorica. Helaas komt dat alles ook onder politici voor. Maar uiteindelijk gaat de politiek over de inrichting van onze samenleving. Verkiezingen zijn dan ook belangrijke momenten. Laten wij als katholieken vooral ook gebruik maken van ons stemrecht.


Rijke Roomse Leven
Het is al lang geleden dat de bisschoppen een stemadvies gaven. In de tijd van de katholieke emancipatie was dat anders. De Nederlandse bisschoppen riepen de katholieken in de tijd van het Rijke Roomse Leven (1920-1965) op te stemmen op de katholieke partij, voor de oorlog de Rooms Katholieke Staatspartij en na de oorlog de Katholieke Volkspartij. Via het parlement kon zo een bijdrage worden geleverd aan de gelijkberechtiging van het katholieke volksdeel in ons land. Maar de tijd van een bisschoppelijk advies is al heel lang voltooid verleden tijd. De katholieken hebben hun gerechtvaardigde plaats in de samenleving bereikt en de bisschoppen beseffen dat vanuit het Evangelie verschillende politieke keuzes mogelijk zijn. Het gaat altijd om de drieslag zien, oordelen en handelen (kardinaal Cardijn). Mensen kijken altijd vanuit een bepaalde sociaal-culturele context naar de werkelijkheid. Dat zal hun oordeel en hun handelen, in dit geval, hun politieke keuze, mede bepalen.


Bronnen van onze cultuur
Onze westerse cultuur wordt in belangrijke mate bepaald door vijf bronnen. Ik noem allereerst de Griekse filosofie. Tot op de dag van vandaag hebben denkers als Aristoteles en Plato bewust of onbewust invloed op onze beleving van de werkelijkheid. En ons denken over goed en kwaad is niet goed denkbaar zonder de invloed van het Romeins recht te verdisconteren. Vanzelfsprekend noem ik als bron de Joodse erfenis. Het Oude Testament heeft onze cultuur in belangrijke mate gevormd. Ik noem de betekenis van de Tien geboden maar ook de invloed van de profeten van Israël met hun pathos voor maatschappelijke gerechtigheid. Natuurlijk noem ik als vierde bron onze eigen christelijke traditie, heel bijzonder het onderwijs van Jezus maar ook de brieven van de apostel Paulus. Denk aan het dubbelgebod van de liefde en de drie goddelijke deugden geloof, hoop en liefde. Als vijfde bron noem ik graag de erfenis van de Verlichting en de Franse Revolutie met de idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap. Binnen dit brede culturele kader opereren onze politici.


Katholiek sociaal denken
In de huidige tijd geen stemadvies van de kerkelijke overheid. Maar dat betekent niet dat de Kerk geen hulp wil bieden bij het maken van een politieke keuze. Deze week komen de Nederlandse bisschoppen met een brief in het kader van de komende verkiezingen. U kunt deze brief lezen als een spiegel. Kijk erin en hopelijk wordt u geholpen bij uw keuze in het stemhokje. Graag wijs ik op het onderwijs van paus Franciscus. In zijn recente sociale encyclieken Laudato Si (2015) en Fratelli Tutti (2020) geeft de paus belangrijke aanwijzingen voor een meer rechtvaardige wereld. De paus wil bouwen aan een cultuur van het leven. Een dergelijke cultuur kent meerdere dimensies. Ik noem allereerst de beschermwaardigheid van het leven. Zowel het ongeboren leven als het oudere, aftakelende leven. Het leven verdient bescherming vanaf de conceptie tot de natuurlijke dood. Een tweede dimensie vormt de inzet voor een wereldwijde sociale gerechtigheid. In onze huidige wereld zijn de goederen en diensten zeer onrechtvaardig verdeeld. Een deel van de wereldbevolking leeft in overvloed terwijl minstens een miljard mensen het meest minimale moet ontberen. In een wereld die geroepen is tot broeder- en zusterschap moeten wij aan onverschilligheid voorbij, ons blijven inzetten voor meer recht en rechtvaardigheid. In het voetspoor van paus Franciscus denk ik dan met name aan de armen en de vluchtelingen. Tenslotte noem ik ook het behoud van de aarde als ons gemeenschappelijk huis. De paus roept op tot een ecologische bekering. Zodat wij de aarde niet langer uitbuiten maar goed beheren en behoeden voor de generaties die na ons zullen komen.


Onderling beraad over de goede samenleving
Wij leven in een samenleving met vele godsdiensten en levensbeschouwingen. Onderling beraad over de goede en rechtvaardige samenleving tussen christenen, andersgelovigen en ongelovigen zou heilzaam kunnen zijn. Hoe kunnen wij, in een multiculturele en multireligieuze maatschappij, de grote uitdagingen van deze tijd zo goed mogelijk tegemoet treden. Recent had ik een boeiende digitale dialoog met de Vlaamse hoogleraar Dirk Verhofstadt. Deze dialoog was georganiseerd door het Vlaamse Humanistisch Verbond en ons eigen VKMO, het Verband van Katholieke Maatschappelijke Organisaties. Verhofstadt noemt zich atheïst. Wij spraken over de bronnen van de moraal en hoe mensen met verschillende politieke en levensbeschouwelijke overtuigingen vreedzaam samen kunnen leven. Deze dialoog is helemaal in de lijn van het project De voorhof van de volkeren, gestart door de paus Benedictus in 2011. Het ideaal van de paus vormt een blijvende dialoog tussen katholieken en ongelovigen over de grote vragen van het bestaan. Zelf voerde hij een boeiende dialoog met de agnost Jürgen Habermas, een bekende Duitse socioloog.


Na de verkiezingen
Na woensdag 17 maart gaan verschillende partijen in Den Haag ook met elkaar in beraad. Ik hoop en bid op een vruchtbaar overleg. In deze tijd van crisis zal de kabinetsformatie hopelijk niet lang duren. Het land heeft immers behoefte aan een doortastende regering die de grote problemen van onze tijd bij de horens vat. Ik noem het versterken van de bestaanszekerheid van alle mensen; het beschermen van de schepping en het behoud van de vrede. Anders geformuleerd: ik hoop op een regering die zich zal inzetten voor een cultuur van het leven zoals eerder in dit Woord van bemoediging beschreven. Laten wij de komende formatiebesprekingen met ons gebed begeleiden.


Mgr. dr. Gerard de Korte




PLAATSEN VAN GENEZING 22 februari 2021
Beste broeders en zusters,


Afgelopen woensdag zijn wij de Veertigdagentijd begonnen. De Kerk schenkt ons veertig dagen om intens stil te staan bij het lijden en sterven van Christus. Maar ook om te vieren dat Jezus op de Paasmorgen nieuw en ander leven van de Vader heeft ontvangen. De komende weken begeleiden wij Jezus op zijn tocht naar Jeruzalem. Als een koning zal Hij worden ingehaald. Als de koning van de vrede. Maar nog geen week later sterft Hij aan een kruis op Golgotha. Deze koning neemt geen leven van mensen. Integendeel, Hij geeft zijn leven voor vrienden én vijanden. Ultiem teken van Gods verzoenende liefde voor ons allen.


Christus medicus
Als wij lezen over het openbaar leven van Jezus, komt in beeld dat Hij is gekomen als leraar maar ook als arts. Jezus spreekt woorden van bevrijding en genezing. Maar hij stelt ook daden van genezing, steeds opnieuw. In de vroege Kerk is het thema van Christus als medicus dan ook zeer geliefd. Het vormt een echo van de parabel van de barmhartige Samaritaan. Christus is als die Samaritaan, als een vreemdeling van Godswege gekomen, die mensen die gewond langs de levensweg liggen, opbeurt en wil genezen. Tijdens de strijd om het bestaan, zijn er helaas vele uitvallers. Juist de kleinen en kwetsbaren van deze wereld zijn de lievelingen van de Heer. God toont in Christus zijn liefde voor ons allen maar Hij heeft een voorkeursliefde voor hen die geen helper hebben. Juist hen wil hij verlichtend en genezend nabij zijn.


Parochies als veldhospitalen
Wat geldt voor de Heer, mag ook gelden voor zijn Kerk. De theologen van de eerste eeuwen spreken over de Kerk als een ziekenhuis, een plek waar mensen, fysiek of moreel, tot genezing kunnen komen. Paus Franciscus heeft de Kerk meerdere keren beschreven als een veldhospitaal. In onze cultuur is jong en vitaal zijn belangrijk. Kijk maar naar de reclameboodschappen. Bijna altijd komen knappe, gezonde en energieke mensen in beeld. Zelfs senioren in reclamespotjes scoren hoog op de vitaliteitsmeter. Eigenlijk is dat heel onbarmhartig. Want velen van ons weten van lichamelijke of geestelijke beperkingen. Natuurlijk mogen wij dankbaar zijn voor gezondheid en kracht. Maar laten wij dat binnen onze geloofsgemeenschap niet tot norm verheffen. Achter ons masker van onaantastbaarheid gaat vaak onzekerheid en kwetsbaarheid schuil. Als broze en regelmatig falende mensen leven wij voor Gods aangezicht. Wij hoeven ons voor God niet groter te maken dan wij zijn. Juist in onze geloofsgemeenschappen zou dat een bevrijdende boodschap moeten zijn.


Pandemie
Sinds een klein jaar is de wereld in de greep van de pandemie. Met grote medische, sociale en economische gevolgen. Juist de coronacrisis scherpt ons in dat wij ten diepste kwetsbare en sterfelijke schepselen zijn en blijven. Wetenschap en techniek zijn in onze samenleving ontzettend belangrijk en hebben de kwaliteit van ons bestaan enorm verbeterd. Wij mogen daar oprecht dankbaar voor zijn. Maar ook kon de mening postvatten dat het hele bestaan maakbaar is. Een klein onzichtbaar virus heeft die visie op hardhandige wijze doorgeprikt.


Kerkgebouwen en vaccinatie
De komende maanden staan in het teken van een uitgebreide vaccinatie van de bevolking. Het gaat om een geweldige operatie die minstens tot de zomer zal duren. Miljoenen mensen moeten immers twee keer worden geprikt. Wij mogen dankbaar zijn dat knappe koppen hun kennis en kunde hebben ingezet voor het ontwikkelen van verschillende vaccins. In geloof kunnen wij dat zien als een geschenk van Gods Geest die mensen inspireert en creatief maakt.


Vaccinatie beschouwt de Kerk als een daad van naastenliefde en zelfbescherming. Al meerdere parochies hebben verzoeken van artsen gekregen om het kerkgebouw of andere kerkelijke gebouwen te mogen gebruiken om mensen te vaccineren. Graag geef ik pastoors de ruimte om hun gebouwen ter beschikking te stellen. In overleg met artsen kunnen geschikte vaccinatietijden worden gevonden. De primaire betekenis van het kerkgebouw als huis voor de liturgie hoeft er dan niet onder te lijden. In het huis van God krijgen zijn kinderen een beschermend vaccin toegediend. Zo kunnen onze parochies een mooie bijdrage leveren aan de preventie van corona en het algemeen belang dienen. Zo worden onze kerken een plaats van het voorkomen van ziekte en dood.


Gewonde geneesheer
Wie de media volgt, beseft dat de coronacrisis steeds meer mensen zwaar valt. Dat geldt ook voor gelovige mensen. Juist in deze dagen snakken wij allemaal naar meer bewegingsvrijheid. Maar tegelijk wordt voorlopig ons geduld gevraagd. Laten wij elkaar in deze lastige tijd vasthouden en opbeuren. Wij hebben allemaal momenten dat het leven ons extra zwaar valt. Als wij elkaar dan troosten en bemoedigen, kunnen wij elkaar genezend nabij zijn. Wat is het mooi als wij gevoelens van somberheid en wanhoop kunnen wegnemen en mensen weer uitzicht geven. Wij zijn in deze Veertigdagentijd op weg naar het Paasfeest, het opstandingsfeest van Christus. Onze parochies moeten, naar de woorden onze paus, veldhospitalen zijn. Plaatsen van genezing omdat de gekruisigde en verrezen Christus als de “gewonde geneesheer” (Henri Nouwen) ons juist daar genezend en troostend tegemoet wil komen.


Mgr. dr. Gerard de Korte




OP WEG NAAR NIEUW LEVEN 12 februari 2021

Aswoensdag

Komende woensdag begint de Veertigdagentijd. Door de coronapandemie kan het carnaval niet of alleen in zeer afgeslankte vorm worden gevierd. Voor velen in ons bisdom vormt dat een grote teleurstelling en een groot offer. Wij worden uitgenodigd om in de komende weken na te denken over het lijden, het sterven en de opstanding van Christus. Langs de weg van het kruis heeft Christus nieuw leven ontvangen.


Maar wij worden ook uitgedaagd na te denken over ons eigen leven. Bij het askruisje, dat op Aswoensdag in aangepaste vorm wordt uitgereikt, kunnen twee Schriftteksten worden uitgesproken: gedenk mens dat je stof bent of bekeer je en geloof het Evangelie. Als mensen zijn wij breekbaar en kwetsbaar. Wij zijn maar stof. Maar tegelijk zijn wij ook mensen met een hoge roeping. Steeds weer worden we uitgenodigd om ons naar Jezus toe te keren en trouw zijn Evangelie zichtbaar te maken door op een vernieuwde wijze te gaan leven. De komende Veertigdagentijd is immers een tijd van bekering en levensvernieuwing. Een tijd van verzoening ook. God keert zich in Christus tot ons; wij worden uitgenodigd ons tot Hem te keren. Wij zijn geroepen om onze relatie met God, met elkaar en onszelf opnieuw te verdiepen. Christus geeft ons in het Evangelie van Aswoensdag concrete aanwijzingen hoe wij dat in het vat kunnen gieten.


Overvloedige gerechtigheid
Het Evangelie van Aswoensdag vormt een deel van de Bergrede van Jezus. Als een nieuwe Mozes geeft hij in deze rede in zekere zin de grondwet van het Koninkrijk dat God wil realiseren. En dan gaat het om overvloedige gerechtigheid. Een gerechtigheid die groter moet zijn dan die van Schriftgeleerden en Farizeeën. Of zoals een theoloog wel eens gezegd heeft: het gaat om meer dan het gewone. Vandaag wordt die gerechtigheid op drievoudige wijze uitgewerkt. Het gaat om aalmoezen geven, om gebed en vasten.


Het goede doen
Het geven van aalmoezen, kunnen wij actualiseren met woorden als naastenliefde, gerechtigheid en solidariteit. Israël denkt in termen van het verbond. God heeft met zijn geliefde volk Israël een verbond gesloten. En dat betekent dat er binnen het verbondsvolk gerechtigheid moet heersen. Dit bijbels pathos voor gerechtigheid heeft onze samenleving gestempeld. Maar tegelijkertijd is er levensgroot het gevaar van onverschilligheid. Paus Franciscus waarschuwt regelmatig tegen deze verleiding en vraagt ons om alert te zijn als het gaat om de zorgen en noden van onze naasten. Worden wij echt geraakt door de ellende van de armen in onze wereld? Door de nood van miljoenen vluchtelingen? Door de zorgen van de daklozen, vaak vlakbij in onze omgeving? Door de eenzaamheid van niet weinig alleenstaanden? Wij krijgen vanaf vandaag 40 dagen om ons bewust te worden dat wij geroepen zijn tot verbondenheid met de kleinen en kwetsbaren van deze wereld. In kracht van de Heilige Geest kunnen wij ons oefenen in solidariteit waarbij de linkerhand niet hoeft te weten wat de rechterhand doet.


Mensen van gebed
Christus spreekt niet alleen over een horizontale gerechtigheid ten opzichte van onze naasten. Maar ook over een verticale gerechtigheid. Hij spreekt over het gebed. Jezus zelf is bij uitstek een bidder. Wij kunnen zeggen dat het gebed het leven van Christus heeft gedragen. Steeds weer lezen wij in het Nieuwe Testament dat Jezus tijd vrij maakt voor het gesprek met God die Hij zijn Vader noemt. Hij bidt vaak in de vrije natuur maar ook in de synagogen van het joodse land en bij gelegenheid van de feesten van Israël is Hij in de grote Tempel van Jeruzalem. De komende Veertigdagen kunnen wij gebruiken om onze band met God biddend te verdiepen.


Persoonlijke matiging
Christus spreekt niet alleen over aalmoezen en gebed maar noemt nog een derde dimensie van de gerechtigheid: het vasten. In de Bijbelse spiritualiteit is dat een belangrijk element. In het Evangelie horen wij dat ook onze Heer perioden van vasten heeft gekend. In het recente verleden zijn heel veel vormen van vasten in snel tempo verdwenen. Tegelijk zie ik de laatste jaren bij steeds meer christenen, zowel rooms-katholiek als protestant, het verlangen om deze Veertigdagentijd ook een echte vastentijd te laten zijn. Zij zoeken én vinden nieuwe vormen om het vasten inhoud te geven. Zo kunnen mensen zichzelf leegmaken zodat er meer ruimte komt voor de overdenking van de werkelijk belangrijke vragen van het bestaan. Wat is de zin van mijn leven? Waar ben ik mee bezig? Wat zijn de prioriteiten in mijn bestaan? Dien ik met al mijn slaven en sloven werkelijk de Heer en de ander of draait alles rond mijn eigen dikke ik?


Op weg naar Pasen
Wij leven in bijzondere tijden. Koning Winter heeft toegeslagen met een flinke pak sneeuw en stevige vorst in de nacht. Voor met name kinderen en schaatsers een reden tot plezier. Zo kunnen wij in een witte wereld de coronapandemie even op de achtergrond schuiven. Maar helaas is de verwachting dat de crisis ons langer in de greep zal houden dan tot recent werd verwacht. Nieuwe varianten van het virus zorgen voor extra besmettingen en het vaccinatieprogramma heeft om verschillende redenen vertraging opgelopen. Het gevolg is dat de vrijheidsbeperkingen langer duren. De hoop op versoepelingen van de maatregelen is voorlopig vervlogen. En dat valt de meeste van ons steeds zwaarder. Eenzame mensen voelen zich nog eenzamer. En gezinnen met kinderen hebben vaak te maken met extra zorgen en onderlinge spanningen. Juist nu worden wij opgeroepen om moed te houden. Maar dat is vaak gemakkelijker gezegd dan gedaan. Christenen leven met een wenkend perspectief. Niet een onzichtbaar virus regeert de wereld maar onze God. Hij is immers de Heer van de werkelijkheid. Onze relatie met Hem kan ons hopelijk veerkracht geven. In deze tijd worden de dagen weer langer. De lente komt nabij. Meer licht en minder duisternis in de natuur. Laten wij hopen dat er spoedig ook meer licht mag komen in onze samenleving en ons eigen bestaan. Wij snakken allemaal naar meer vrijheid en een meer ontspannen leven. In de komende weken, op weg naar het opstandingsfeest van Christus, kunnen wij onze band met God, met onze naasten en onszelf opnieuw verdiepen en versterken. Drievoudige gerechtigheid realiseren als uitdaging voor de komende Veertigdagentijd. Ik wens u oprecht veel inspiratie en veerkracht. Ook om anderen bij te staan. Juist nu moeten wij allen die in somberheid dreigen weg te zinken, niet in de steek laten maar juist een hart onder de riem steken. Pasen betekent nieuw en ander leven voor Christus. Het Paasfeest geeft hopelijk aan ieder van ons uitzicht op nieuw en bevrijd leven voor Gods aangezicht.


Mgr. dr. Gerard de Korte




GEËNT OP DE EDELE OLIJF februari 2021

Beste broeders en zusters,


Bevrijding Auschwitz


Vorige week woensdag werd herdacht hoe Russische troepen 76 jaar geleden het concentratiekamp Auschwitz hebben bevrijd. Wie leest over de concentratiekampen van de nationaalsocialisten wordt stil en verdrietig. Alleen al in Auschwitz werden een miljoen mensen, met name joodse mensen, op een fabrieksmatige wijze omgebracht. Tallozen verloren hun leven in de gaskamers. Vorige week had dagblad Trouw een aangrijpend verhaal over Nederlandse SS’ers die in Auschwitz gewerkt hebben en gruwelijk hebben gehandeld. Schokkend was het verhaal over een jonge joodse moeder die werd doodgeschoten en daarna haar baby. Blijkbaar zonder enige gewetensnood werden deze moorden gepleegd. Het nazisme blijft tot op de dag van vandaag grote vragen oproepen. Hoe was het mogelijk dat in een cultuur waarbinnen al eeuwen het Evangelie was verkondigd, deze ideologie met een agressieve Jodenhaat zoveel aanhang kon krijgen? Een nieuw heidendom kon zich breed maken. Het recht van de sterkste zat op de troon.


Christelijke geschiedenis en anti-judaïsme


Toch moeten wij ook eerlijk willen kijken naar onze eigen christelijke geschiedenis. Er is dan alle reden tot grote schaamte en diep schuldbesef. Want al in de eerste eeuwen van de Kerk ontstaat er een diepe vijandschap tussen joden en christenen. Grote theologen houden felle anti-joodse preken. Ik noem alleen Johannes Chrysostomus. Zijn naam betekent Guldenmond. Hij kon fantastisch preken maar hij gebruikt zijn retorisch talent om ook afschuwelijk preken over de joden te houden. Veel theologen zijn helaas door de eeuwen heen hem gevolgd. Ik denk aan de felle preken van Maarten Luther. Zijn anti-judaïsme was groot. Hele citaten uit werken van Luther konden de nationaalsocialisten in hun publicaties overnemen. Onbetwistbaar heeft het kerkelijk anti-judaïsme de haat tegen de joden in nazi-Duitsland gevoed. Een diepzwarte pagina uit de geschiedenis van onze Kerk.


Relatie tussen Kerk en Synagoge


Na de Tweede Wereldoorlog heeft de Holocaust de christelijke gemeenschap tot een diepgaand gewetensonderzoek gebracht. En ook tot een nieuwe bezinning op de relatie tussen Kerk en synagoge. Wij beseffen opnieuw hoezeer christenen geworteld zijn in Israël. De apostel Paulus schrijft daar indringend over in zijn brief aan de christenen van Rome: Gij zijt van de wilde olijfboom, waartoe gij krachtens uw oorsprong behoort, afgebroken en tegen uw aard in geënt op de edele olijf (hoofdstuk 11, 24). De apostel ziet de christenen uit de volkeren als wilde olijven die zijn ingeplant in Israël als de edele olijf. Wij zijn dus van huis uit joods. De God die wij in onze kerken en kapellen aanbidden is de God die zich in de loop van Israëls geschiedenis heeft geopenbaard. Op het hoogtepunt van de tijd heeft Hij onder ons willen wonen in een joodse man. De heilige God van het verbond toont zijn onvoorwaardelijke liefde in Jezus.


Een nieuwe leer met gezag


Afgelopen zondag lazen wij dat Jezus op de sabbat naar de synagoge ging. Dat deed hij als Jood naar gewoonte. Op de sabbat herdacht Jezus Gods schepping en de bevrijding van zijn volk uit de slavernij van Egypte. In het joodse gebedshuis werd gelezen uit de Schriften, die wij nu Oude Testament noemen. Jezus openbaart zich daar als profeet en Messias. Hij leeft vanuit het verbond van Israëls God en zal dat verbond vernieuwen. In het zondagse evangelie wordt hij geschetst als de Heilige Gods. Hij spreekt met gezag en drijft onreine geesten uit. Helaas zijn er tot op de dag van vandaag vele onzuivere geesten in onze wereld. Wij denken natuurlijk aan de boze geest van oorlog en terreur in tal van landen. Maar ook dichterbij aan roddel, jaloezie en afgunst.


De onreine geest van geweld


In deze dagen noem ik heel bijzonder ook de onreine geest van geweld in onze eigen samenleving. Al heel lang maak ik mij zorgen over het verbale geweld in de sociale media. Op allerlei sites, helaas ook met een katholieke achtergrond, wordt vaak niet op de bal maar op de persoon gespeeld. Zo wordt menige goede naam besmeurd. Maar recent hebben wij in onze steden, ook binnen het bisdom van ’s-Hertogenbosch, te maken gehad met fysiek geweld. In Eindhoven, Tilburg, ’s-Hertogenbosch en andere steden en dorpen trokken vorige week relschoppers door de binnensteden. Winkels werden opengebroken en er werd massaal gestolen en vernield. Het lijkt mij dat de daders stevig moeten worden gestraft, al moeten wij hen niet definitief afschrijven. Mensen die fouten maken, verdienen een nieuwe kans. Gelukkig kwam er na de rellen ook een golf van goedheid in beeld. Burgers gingen hun stad schoonmaken en voor gedupeerde ondernemers werd geld ingezameld. Een indrukwekkend voorbeeld van saamhorigheid en compassie.


Schenkende liefde, geweldloosheid en vergeving


Christus wil ons ook vandaag bevrijden van onreine geesten. Zijn leven wordt gekenmerkt door schenkende liefde en geweldloosheid. Hij blijft die weg trouw tot op het kruis van Golgotha. Geweld wordt niet met wraak maar met vergeving beantwoord. Hij pint mensen niet vast op hun donkere verleden maar plaatst hen in het licht. Zij krijgen een nieuwe kans. Onze coronatijd is onzeker en veel mensen raken aan het einde van hun Latijn. De lontjes van talloze mensen lijken steeds korter te worden. Onreine geesten in de Bijbel verdelen, zaaien onenigheid en drijven mensen uiteen. Laten wij als christenen ons openen voor de goede Geest van God. Door de weg van liefde, geweldloosheid en vergeving te gaan, kunnen wij, in onze gepolariseerde en oververhitte samenleving, mensen hopelijk weer dichter bij elkaar brengen.


Mgr. dr. Gerard de Korte




25 januari 2021
DE BIJBEL ALS BRON VAN HOOP Zesde Woord ter bemoediging

Broeders en zusters,


Afgelopen zondag vierden wij de Zondag van het Woord. In ons land begon ook de Maand van de Bijbel.
Tot 21 februari vragen een aantal christelijke media en organisaties extra aandacht voor de Heilige Schrift.
De organisatoren van de maand vroegen aan Dr. René de Reuver, de scriba van de Protestantse Kerk, en aan mijzelf om elkaar een aantal brieven te schrijven over de plaats van de Bijbel in ons eigen leven. Het boekje, dat dezer dagen is verschenen onder de titel Houvast, wil mensen in deze onzekere coronatijd bemoedigen.
Als het goed is, krijgen de pastores, de parochiebesturen en de religieuze instituten binnen ons bisdom deze week een exemplaar in de brievenbus.
De ondertitel van het boekje luidt: zoeken naar de bron van hoop. Is dat niet wat in deze tijd belangrijk is?
Juist nu kunnen wij de goddelijke deugd van de hoop ontzettend hard gebruiken. Maar wat is hoop eigenlijk in Bijbels perspectief?


Hoop is wat anders dan optimisme. Al vermoed ik dat een optimistisch mens, die het glas half vol ziet, gelukkiger leeft dan een pessimist die datzelfde glas omschrijft als half leeg.
Geloof, hoop en liefde zijn de drie goddelijke deugden waarover Paulus in zijn eerste brief aan de christenen van Korinthe schrijft.
De Franse katholieke dichter Charles Péguy spreekt in een gedicht over het kleine meisje hoop dat tussen haar grote zussen geloof en liefde loopt.
Hoop geeft dynamiek aan het geloof en de liefde. Met de woorden van Liselotte Gerritsen:

Geloof, hoop en liefde

en de meeste van deze is toch

de hoop op geloof in liefde


Geen enkel mens kan uiteindelijk zonder de deugd van de hoop. In de brief aan de Hebreeën wordt ook een omschrijving van de hoop gegeven.
De schrijver ziet het zo: “Het geloof vormt de vaste grond van wat wij hopen. Het overtuigt ons van de werkelijkheid van onzichtbare dingen” ( hoofdstuk 11,1). Het gaat dus om het vermogen om het bestaande te overstijgen.
Met andere woorden: de hoop op Gods toekomst verandert het heden. Kardinaal Danneels formuleert het zo: “de hoop put niet uit een eigen waterput.
Maar leeft van het vermoeden dat ergens, hogerop, een bron moet zijn.”


Ik denk dat wij juist in deze lastige en onzekere tijd die bron kunnen vinden in de Heilige Schrift.
Daar vinden wij immers het getuigenis van Gods omgang met Israël en in Jezus Christus.
Het Bijbelse getuigenis van Gods toekomst kan de beleving van het heden veranderen.
Ik hoor dat voor veel mensen de coronacrisis te lang gaat duren. Mensen raken vermoeid en sneller dan anders geïrriteerd.
Niet alleen oudere mensen maar ook jongeren lijden onder eenzaamheid. Er leven breed gevoelens van angst, onvrijheid en onderhuidse spanning.


Maar de Bijbel als bron van hoop kan voorkomen dat wij vervallen tot somberheid en cynisme.
Wij moeten juist nu als gelovigen elkaar niet ontmoedigen maar bemoedigen. Niet demotiveren maar juist motiveren met hoopvolle verhalen.
De coronatunnel lijkt helaas langer te zijn dan gehoopt. Maar toch weten wij ook dat deze tunnel niet oneindig is.
Er is licht aan het einde van de tunnel, ook al moeten wij misschien nog wat langer wachten.
Droeve en bezorgde ogen zien dezelfde werkelijkheid anders dan hoopvolle ogen. Wij moeten God dan ook bidden om de deugd van de hoop.
Ik laat mij daarbij graag inspireren door een diepe wijsheid van de erudiete anglicaanse theoloog Rowan Williams: het goede is hoopvol te leven met het imperfecte.


Laten wij ons optrekken aan iconen van hoop. Ik noem er drie die mij als bisschop inspireren: Peerke Donders, Titus Brandsma en onze huidige paus.
\Katholieken die wisten en weten van het imperfecte maar voor mij prachtige getuigen zijn van hoop.


Recent vierde de Kerk van ’s-Hertogenbosch het gedachtenisfeest van Petrus Donders.
Geboren in een arme weversfamilie in Tilburg waren de maatschappelijke kansen voor hem uitermate beperkt. H
ij wilde priester worden maar zijn intellectuele capaciteiten leken onvoldoende. Maar met een sterke wil is er veel mogelijk.
Peerke werd uiteindelijk missionaris in Suriname. En hij bleek een man met een groot pastoraal hart voor de slaven en de melaatsen.
Hij putte hoop en kracht uit de Bijbelse bron en besefte dat hij in het dienen van de minsten Christus zelf wordt gediend.


Een andere erflater uit ons bisdom is natuurlijk Titus Brandsma, hoogleraar aan de universiteit van Nijmegen.
Pater Titus verzette zich tegen het nationaalsocialisme. Hij putte uit de Bijbelse bron en geloofde dat Christus de waarheid is.
Daarom verafschuwde hij het nazisme als een vorm van nieuw heidendom met zijn verheerlijking van het recht van de sterkste en Jodenhaat.
Pater Titus verdedigde met volle overtuiging de menselijke waardigheid. Ieder mens is een schepsel van God.
Wie dus het schepsel schendt, schendt daarmee de Schepper.
Zo bleef pater Titus trouw aan zijn geloof en een mens van liefde en hoop tot in de hel van Dachau.


Graag noem ik ook paus Franciscus. Voor de meeste katholieken is hij een groot Godsgeschenk voor de Kerk en de wereld.
Vanuit een diepe vriendschap met Christus is onze paus een van de weinige morele leiders van deze tijd.
Met de felheid van een oudtestamentische profeet keert hij zich tegen de globalisering van de onverschilligheid en pleit hij voor onderlinge solidariteit en barmhartigheid.
Juist in deze coronatijd hebben wij elkaar ontzettend hard nodig om overeind te blijven.
Onvermoeibaar zet onze goede paus zich in voor de armen, de vele vluchtelingen en voor onze aarde als onze moeder die ons draagt en voedt.
De Bijbelse belofte van Gods toekomst inspireert de paus om te blijven werken aan vrede en gerechtigheid in het heden.


Deze drie genoemde iconen van hoop tonen ons dat verticaal en horizontaal in ons geloof helemaal bij elkaar horen.
Christelijk geloof impliceert een vriendschap met de verrezen Heer.


Maar onze omgang met Hem voedt ons om hoopvol gestalte te geven aan een dienstbaar leven.
Een leven met Christus geeft de kracht om ons in te zetten voor een meer humane samenleving.


De coronatunnel lijkt helaas langer dan verwacht.
Maar laten wij putten uit de rijke bronnen van de Heilige Schrift in navolging van Peerke Donders, pater Titus en onze paus.
Zo kunnen wij proberen de noden van deze tijd te lenigen.
De levende Christus vormt het centrum van deze schepping en van onze Kerk.
Hij wil door ons handelen zichtbaar worden. In kracht van Gods Geest kunnen wij levende getuigen zijn.


Mgr. dr. Gerard de Korte




11 januari 2021
ONS DOOPSEL EN VERANTWOORDELIJKHEID
Vijfde Woord ter bemoediging

Beste broeders en zusters,

Afgelopen zondag hebben wij met het feest van de Doop van de Heer, liturgisch gezien, de Kersttijd afgesloten. De kerstversieringen in kerken en huizen worden opgeruimd. De kerststal kan weer naar zolder. Het Evangelie van zondag maakte duidelijk dat wij met Kerstmis niet zomaar een geboorte hebben gevierd. Bij de doop van Jezus in de Jordaan wordt Hij aangewezen als de welbeminde Zoon. In Christus zoekt de Vader ons op. Teken van goddelijke solidariteit.

Ook wij zijn gedoopt. Op ieder van ons heeft God zijn hand gelegd. Hij geeft ons kracht om als verantwoordelijke christenen te leven juist ook in deze nare en spannende tijd. Op wat langere termijn lijkt er licht aan de horizon te schijnen. Maar de komende maanden worden nog lastig. Wij moeten nog even de woestijn accepteren voordat er meer vrijheid en spontaniteit in het beloofde land mogelijk zal worden .

Levensvernieuwing
Het Evangelie bracht ons zondag opnieuw naar de Jordaan. Johannes de Doper heeft daar een massale doopbeweging op gang gebracht. Aan de oevers van de rivier spreekt hij mensen aan en daagt hen uit om hun leven nog eens goed te overwegen. Mensen moeten zich laten dopen als een uiterlijk teken van innerlijke reiniging. Want er staan grote dingen te gebeuren. De Messias is op komst. Johannes is er diep van overtuigd dat een bekering van het hart nodig is. Hij heeft met een scherpe blik om zich heen gekeken. Hij kent de wereld en hij kent het hart van ons mensen. Hij ziet het krabben en het klauwen. Hij ziet het onrecht en de onvrede. Er is zoveel dat het verbond met God weerspreekt.

Wanneer Johannes vandaag zou hebben geleefd dan zou hij ongetwijfeld wijzen naar oorlogsgebieden in Jemen en Ethiopië. Maar ook naar de 80 miljoen vluchtelingen die te vaak aan hun lot worden overgelaten. Maar ook dichter bij huis zou Johannes kunnen wijzen op onze eigen jaloezie, op onze zucht om de eerste te willen zijn; onze roddel en achterklap. Kijk maar, zegt Johannes, kijk in de spiegel en ontdek jezelf. Daarom klinkt die oproep tot ommekeer en levensvernieuwing. De doop is daarvan een teken. Water zuivert en kan zo een teken zijn van een nieuwe start.

Doop van Jezus: solidariteit met falende mensen
In het Evangelie lezen wij dat ook Jezus zich meldt bij Johannes. En Hij stelt een opvallende daad. Hij daalt af in het doopwater en laat zich door de Doper dopen. Op het eerste gezicht is dat vreemd en verwonderlijk. Want Jezus heeft toch geen bekering nodig. Hij is bij uitstek de Rechtvaardige die helemaal open is voor God en voor de mensen. En toch daalt hij af in het water van de Jordaan. Christus wordt zo helemaal één met ons. Midden onder zondaars en bedelaars neemt Hij plaats. De ene Rechtvaardige verklaart zich solidair met falende en liefdeloze mensen. Niet alleen op het kruis van Golgotha, maar ook al bij het afdalen in de Jordaan. Hij die geen doopsel van bekering nodig heeft, verbindt zich met allen die dat doopsel wel nodig hebben. Het gaat om een vrijwillige zelfgave die heel het openbare leven van Christus zal bepalen en die een hoogtepunt krijgt op het kruis, tot onze verzoening.

Als Jezus het doopsel ontvangt, krijgen wij een doorkijk op wie Hij is. De veelgeliefde Zoon van de Vader. God zoekt ons op. In Christus toont de Vader hoezeer Hij van ons houdt en ons nabij wil zijn. Jezus onthult Gods zachtmoedigheid en geduld; zijn verzoenende liefde. De contouren van het optreden van de Heer vinden wij terug bij de profeet Jesaja. Jezus roept niet en schreeuwt niet. Als de Barmhartige breekt Hij het geknakte riet niet, noch dooft Hij de kwijnende pit. Geknakt riet en een dovende pit zijn treffende beelden voor de situatie van ons mensen. Ons bestaan is immers gebroken. Wij verlangen naar geluk en vrede maar niet zelden leeft er onvrede in ons hart. Wij zijn kleine, broze mensen die kwetsbaar leven voor Gods aangezicht. Bij die stand van zaken komt Christus bij ons staan. Niet verwijtend maar solidair; niet verstotend maar vol aanvaarding. De geschonden mens wordt genezen, de schuldige mens ontvangt vergeving en de hulpeloze mens ontvangt nieuw levensmoed.

Ons eigen doopsel
Wij zijn ook gedoopt. Wij ontvingen niet het doopsel van Johannes. Wij zijn gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Geest. God heeft op ieder van ons zijn hand gelegd. Ons eigen doopsel wil meer zijn dan een etiket, meer dan een ritueel. Als het goed is, valt dat ook te zien aan onze manier van samenleven met God en met elkaar. Wij zijn geroepen om Gods liefde te delen met elkaar. Johannes doopt met water; Christus doopt ons met de Geest. En dat is, hopelijk, niet alleen een vrome kreet. Christus schenkt ons de Geest als Helper en Trooster. Juist in deze lastige dagen kunnen wij de hulp en de troost van de Heer natuurlijk ontzettend goed gebruiken. Wij blijven geroepen om een bijdrage te leveren aan de opbouw van onze Kerk. Door de coronacrisis spreken wij daar minder over maar de inzet voor een missionaire Kerk blijft actueel. Gods Geest maakt ons hopelijk creatief om wegen te vinden om het Evangelie van Gods onvoorwaardelijke liefde in Christus te delen met ons tijdgenoten.

U weet dat ik mij zorgen maak over het gebrek aan hoffelijkheid en de toename van de verharding in ons samenleving. Met afschuw hebben de meesten van ons afgelopen week gekeken naar de beelden uit Washington. Christenen zouden aan de verharding niet mee moeten doen. Niet alleen uit beschaving maar juist ook geïnspireerd door ons geloof. Ieder mens is een schepsel van God en heeft daardoor een unieke waardigheid. En juist in een gepolariseerde samenleving zijn christenen geroepen om het bonum commune, het algemeen welzijn te dienen. Laten wij vooral zoeken naar wat ons verbindt en in onderlinge samenwerking de noden van onze tijd bij de horens vatten.

Woestijn en beloofd land
Ik schrijf dit Woord ter bemoediging midden in de tweede lockdown. Doordat het vaccinatieprogramma is opgestart, lijkt er op langere termijn licht aan het einde van de tunnel te schijnen. Maar op korte termijn staan de meeste seinen nog op rood. De besmettingen blijven veel te hoog en de druk op de zorg is nog steeds zeer groot. In Bijbelse termen zijn wij voorlopig nog in de woestijn. Juist nu moeten wij als christenen onze verantwoordelijkheid nemen en alles doen om het aantal besmettingen in te dammen. In de huidige omstandigheden zijn geduld, uithoudingsvermogen en veerkracht belangrijke waarden. In kracht van de troostende en helpende Geest van de Heer is er veel mogelijk.

Laten wij er zijn voor elkaar, juist ook voor mensen die in deze tijd extra eenzaam zijn. Een klein gebaar van humaniteit kan vaak het verschil maken. Een glimlach, een brief, een mail, een telefoontje, een klein cadeau of een mooie bos bloemen. Het is vaak een kleine moeite maar geeft groot plezier. Wij allen zijn kleine en kwetsbare mensen. Ons leven is geschonden en broos. Maar de Trooster en Helper kan ons bemoedigen en sterk maken. Laten wij volhouden. Nog even de woestijn accepteren voordat er hopelijk meer vrijheid en spontaniteit in het beloofde land mogelijk zal zijn.

Mgr. dr. Gerard de Korte
bisschop van ‘s-Hertogenbosch





23 november 2020

KONING CHRISTUS DIENSTBAAR VOLGEN (23 november 2020)
Vierde Woord ter bemoediging




Afgelopen zondag vierden wij de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Een soort Oudjaar dus.
Wie wilde, kon in ’s-Hertogenbosch al oliebollen eten want een oliebollenkraam staat voor de Sint Jan. Met het hoogfeest van Christus Koning hebben wij de kern van ons geloof gevierd. Christus is onze koning. Hij draagt onze goede aarde. Maar ook ons eigen leven rust in zijn hand. Het is goed om stil te staan bij de contouren van het koningschap van onze Heer. Wat betekent het koningschap van Christus voor mijn alledaagse leven?




Koning Christus: dienaar en vredevorst
In onze dagen zijn er nog maar weinig koningen. In democratische landen, als Nederland, hebben aanwezige koningen primair een ceremoniële rol. De koning symboliseert de eenheid van het land en geldt als een verbindende figuur binnen een veelkleurige samenleving. Dat is wel eens anders geweest. Wij kennen allemaal de verhalen over koningen met grote legers. Koningen als mannen die met geweld hun wil opleggen.
In de geschiedenis van Israël zijn er ook koningen. Wij kennen allemaal de namen van Saul, David en Salomo. De Heilige Schrift geeft een vrij realistisch beeld van hen en hun duistere kanten worden niet verzwegen. Zo wordt koning Saul beschreven als jaloers en is koning David een man van overspel en moord. De wijze koning Salomo blijkt ook afgoden te vereren. Israëls koningen falen dus regelmatig. Het zijn herders die als herders tekortschieten.
In de dagen van Jezus is het Heilig Land bezet door de Romeinen. Met veel geweld heeft Rome een groot rijk tot stand gebracht. De Joden hebben hun onafhankelijkheid verloren. Tegen die achtergrond schetst het Nieuwe Testament ons een andere koning. Koning Jezus. Niet als een man van geweld maar als een dienaar, ten einde toe. Jezus wordt als koning voor de rechterstoel van Pilatus gebracht. Maar zijn koningschap is niet van deze wereld. Anders zou Jezus zich niet zonder slag of stoot hebben laten arresteren. Zijn leerlingen zouden dan als soldaten voor hem hebben gevochten. Maar de koninklijke weg die Jezus gaat, is principieel geweldloos. Hij neemt geen leven van anderen maar zal uiteindelijk zijn leven geven. Voor armen en zieken; voor mensen die geen helper hebben en schuld dragen. Hij is een herder die zijn leven geeft voor zijn schapen. Hij realiseert vrede en verzoening.




Solidaire koning
Veel mensen leven in een tijd van pijn en verdriet. Wij denken aan mensen die door het coronavirus een dierbare hebben verloren of zelf ernstig ziek zijn geworden. Maar ook aan mensen die extra eenzaam zijn. Niet weinigen zijn onzeker over de toekomst. Blijft hun baan behouden of zal het bedrijf de crisis overleven? Elders in de wereld lijden tallozen door honger en oorlogsgeweld. Als wij in deze situatie nadenken over het koningschap van Christus moeten wij in de diepte kijken. Juist daar heeft de Heer ons immers opgezocht, in de diepte van het bestaan. Om alles met ons te delen en solidair te zijn in ons verdriet, in onze eenzaamheid en angst, solidair tot in de dood. Als christenen zijn wij geroepen om die solidariteit vandaag zichtbaar te maken.
Wat is de kracht van waaruit Jezus leeft? Vanuit welke bron put Hij? Zijn bron vormt God die Hij vaak aanspreekt als zijn Vader. Het gebed, het voortdurend zoeken van de Vader, geeft Jezus de kracht om zijn koninklijke weg te gaan. Op het kruis bidt Koning Christus: Vader, in uw handen beveel ik mijn geest. Zo is Hij teruggekeerd naar zijn Vader.




Daden van humaniteit
Afgelopen zondag klonk in de liturgie een ernstig Evangelie. In Matteüs 25 wordt immers het leven van mensen gewogen. Wij ontmoeten Koning Christus als rechter. En Hij maakt een onderscheid tussen schapen en bokken. De criteria voor het oordeel van de Heer zijn kleine daden van menselijkheid. In het Evangelie gaat het om tekenen van humaniteit. Om het geven van water en brood; om het kleden van naakten; om het bezoeken van zieken en gevangenen en om het opvangen van vreemdelingen. Wij zijn geroepen om in het voetspoor van de Heer te leven. Gods Geest nodigt ons uit tot navolging. Wij zijn geroepen om Christus te volgen op de koninklijke weg. De weg van de dienstbaarheid en de naastenliefde. Het gaat om de koninklijke weg van de geweldloosheid en de onderlinge zorg. Zo kunnen wij metterdaad het gezag van Jezus in ons leven erkennen. Zo kunnen wij tonen dat Christus onze koning is.




Maagdenwijdingen: religieus leven midden in de samenleving
Begin deze maand mocht ik in de Sint Jan zes diakens wijden. Afgelopen zondag was er weer een wijdingsfeest in de kathedraal. Nu ontvingen twee vrouwen, Jessica van Beuningen en Petra van Esch, de maagdenwijding. De meeste katholieken zijn bekend met diaken- en priesterwijdingen. Veel minder is dat het geval met het fenomeen maagdenwijding. Toch behoort de maagdenwijding tot een van de oudste roepingen binnen onze Kerk. Al in de vroege Kerk hebben vrouwen zich zó verbonden met Christus, dat zij van een huwelijk afzagen. Een aantal van hen ontving ook een wijding. Na het Tweede Vaticaanse Concilie (1962-1965) heeft de maagdenwijding binnen de Kerk weer meer bekendheid gekregen. Wereldwijd ontvingen meer dan 5000 vrouwen deze wijding.
In onze cultuur roept deze wijding bij niet weinigen vragen op. Zoals trouwens ook de celibaatsbelofte van priesters. Wij leven immers in een samenleving met veel nadruk op lichamelijkheid en seksualiteit. Toch zijn er ook vandaag vrouwen die zich helemaal willen verbinden aan Christus en van een huwelijk afzien. Zij zien zich als bruid van Christus. Vrouwen die de maagdenwijding ontvangen moeten wij onderscheiden van religieuzen in een kloostergemeenschap. Deze vrouwen voelen zich niet geroepen tot het kloosterleven. Zij leven midden in de samenleving en willen vanuit een eigen woon- en leefsituatie dienstbaar zijn aan God en zijn Kerk. Deze roeping is overigens wel persoonlijk maar niet individualistisch. De godgewijde maagden van ons bisdom steunen elkaar en hebben een band met mij als bisschop. Samen met de andere gelovigen vormen zij het ene Lichaam van Christus.




Wijdingen op Christus Koning
Niet voor niets heb ik op het hoogfeest van Christus Koning Jessica en Petra de maagdenwijding toegediend. Want beide vrouwen krijgen door de wijding een bijzondere band met Christus als bruidegom. Ondanks alle coronabeperkingen was de maagdenwijding een feestelijk gebeuren. Ik zag twee gelukkige en diepgelovige vrouwen die na jaren van gebed en veel gesprekken deze bijzondere wijding mochten ontvangen. Jessica en Petra ontvingen veelzeggende symbolen: een sluier en een ring. De sluier kan worden gezien als een teken van toewijding aan Christus en van Zijn bescherming. En de ring als teken van het levensverbond met de Heer. Jessica en Petra ontvingen ook een getijdenboek. De beide vrouwen mogen een spiegel zijn voor ons allen. Twee biddende mensen die Christus willen dienen en vanuit Zijn vrede en solidariteit dienstbaar willen leven. Ik hoop en verwacht dat Jessica en Petra, als religieuze vrouwen midden in onze samenleving, een teken zijn van de presentie van Christus in de wereld van vandaag. Hopelijk is hun gebed vruchtbaar voor heel ons bisdom.




Mgr. dr. Gerard de Korte









9 november 2020

FEEST IN EEN DONKERE TIJD
Derde Woord ter bemoediging




Beste broeders en zusters,




Velen van u zullen het met mij eens zijn dat onze tijd lastig en duister is. De coronacijfers zijn hoog en de samenleving is voor een deel weer tot stilstand gekomen. Steeds luider klinken opnieuw de zorgelijke verhalen uit onze ziekenhuizen en verzorgingshuizen. Niet weinig mensen voelen zich eenzaam en de economische gevolgen van de coronapandemie geven bij velen een gevoel van bestaansonzekerheid.




Giftige sfeer
Het lijkt een algemene tendens dat in Kerk en wereld de lontjes korter worden en de spanningen groter. In deze dagen horen wij voortdurend over de giftige sfeer binnen de Verenigde Staten. Ik maak mij grote zorgen over de toenemende spanningen, ook in ons goede vaderland. Iemand met een andere visie wordt te snel gezien als een vijand.
Ik noem ook de polarisatie rond het beleid van onze paus Franciscus. Allerlei katholieke sites waar de paus bij voorbaat met wantrouwen tegemoet wordt getreden. Deze ontwikkelingen ondermijnen de onderlinge gemeenschap en de verbondenheid met de paus als de huidige Petrus in ons midden.
Saamhorigheid en onderlinge verbondenheid staan onder druk. Op sociale media, helaas ook christelijke media, krijgt haat steeds meer ruimte. Vaak zijn mensen niet meer bereid om te argumenteren maar wordt er alleen hard en onbarmhartig gescholden. Persoonlijke beledigingen zijn steeds meer in de mode gekomen.




Bruggen bouwen
Tijdens de viering van Allerheiligen op 1 november lazen wij uit de Bergrede de zaligsprekingen. Ik vierde de Eucharistie in de kathedraal en tijdens de preek heb ik twee van die zaligsprekingen naar voren gehaald: zalig de zachtmoedigen en zalig de vredestichters. Veel mensen hebben hun gemoed verhard en zijn niet meer bereid om in de schoenen van een ander te gaan staan. Het gevolg is verbaal en helaas ook steeds meer fysiek geweld. De recente terreur in Frankrijk en Oostenrijk vormt daar een verdrietig voorbeeld van. Of denken wij aan de bedreiging van docenten in ons eigen land.
Juist volgelingen van Christus zijn geroepen om zich steeds opnieuw te bekeren. Alle hardheid achter ons te laten en zachtmoedige mensen te zijn. In onze dagen hebben wij ook behoefte aan vredestichters. Geen bruggen tussen mensen opblazen maar bruggen bouwen. In het besef dat God alle mensen een unieke waardigheid heeft verleend. In kracht van Gods Geest zijn wij geroepen de vrede van Christus concreet zichtbaar te maken in de omgang met elkaar.




Diakenwijdingen
Gelukkig zijn er in deze lastige en donkere tijd toch ook momenten dat wij feest kunnen vieren. Voor mij persoonlijk en voor het gehele bisdom was dat afgelopen zaterdag. Tijdens een feestelijke viering van de heilige Willibrord, patroon van onze Nederlandse kerkprovincie, mocht ik vier permanente diakens en twee diakens op weg naar het priesterschap wijden. Door de coronacrisis kon de kathedraal maar 30 mensen toelaten maar gelukkig bood de perfecte livestream in de Sint Jan uitkomst. Enkele duizenden gelovigen konden zo met ons verbonden zijn en waren getuigen van de wijding. Met een dankbaar gevoel denk ik terug aan de wijdingsplechtigheid die, ondanks alle coronabeperkingen, waardig en feestelijk is verlopen.




Dienend geloven
Diakens en priesters hebben binnen onze Kerk een eigen opdracht. Zij staan niet boven maar tussen de andere gelovigen. In het voetspoor van Christus willen zij niet gediend worden maar zelf dienen. Onze gewijde broeders zijn er voor de verkondiging van het Woord, de bediening van de sacramenten en het onderling dienstbetoon. Zo kunnen zij een belangrijke bijdrage leveren aan het leven van parochies en onze geloofsgemeenschappen maken tot, met de woorden van paus Franciscus in zijn recente encycliek Fratelli Tutti, een echte broeder- en zusterschap.




Missionair elan
De heilige Willibrord landde in 690 met andere monniken op onze kust. Hij kwam als een vreugdebode om te vertellen over Gods mensenliefde. Als missionaris heeft hij de persoon en het Evangelie van Christus in onze streken bekend gemaakt. Hij trok rond en verkondigde Gods onvoorwaardelijke liefde in Christus. Willibrord was allereerst herder. Hij besefte met open handen te moeten leven. Als geestelijke bedelaar had hij bij Christus voedsel ten leven gevonden.
Onze zes nieuwe diakens zijn geroepen om ook zelf missionaris te zijn. Alleen op de winkel passen is geen toekomstbestendige optie. Het gaat erom creatief nieuwe wegen te vinden om mensen van vandaag te bereiken met het Evangelie. Onze nieuwe diakens kunnen nieuwe wegen inslaan om vooral ook jonge mensen te bereiken. Wij weten dat onze cultuur helaas in menig opzicht de missionaire opdracht eerder blokkeert dan stimuleert. Voor veel tijdgenoten is de hemel immers verdwenen. Maar als vrienden van Christus kunnen en mogen wij niet moedeloos zijn. Misschien af en toe wel vermoeid. Maar dan is het tijd om te rusten om daarna weer te zaaien en het vertrouwen dat God zelf zal zorgen voor de oogst. Steeds weer mogen wij de netten uitgooien. Gods Geest werkt ook vandaag.




Biddend begeleiden
Door de coronacrisis was een massale viering in de kathedraal niet mogelijk maar wij kunnen onze nieuwe wijdelingen wel massaal met ons gebed ondersteunen. Ikzelf ben dankbaar voor alle gelovigen die voor mij als bisschop bidden. Het is bijzonder bemoedigend te weten dat mensen mijn pastorale opdracht biddend begeleiden. Een en ander geldt natuurlijk ook voor de zes nieuwe diakens. Ook in deze lastige en onzekere tijd richten wij onze ogen op de Heer van de toekomst. Tijdens de wijdingsplechtigheid lazen wij de indrukwekkende woorden uit de Hebreeënbrief: Christus is dezelfde gisteren, vandaag en tot in eeuwigheid. Zoals Willibrord missionair in het leven stond en het geloof van zijn doopsel gestalte gaf, zo mogen wij dat allemaal doen. Onze priesters en diakens, juist ook de wijdelingen van afgelopen zaterdag, hebben een bijzondere taak om anderen gelovig te inspireren.




Met de woorden van Willibrord mogen wij elkaar in de naam van God geluk wensen: in nomine Dei feliciter.




Mgr. dr. Gerard de Korte









26 oktober 2020
VEILIG BIJ GOD
Allerheiligen / Allerzielen 2020




Broeders en zusters,




Over enkele dagen vieren wij opnieuw Allerheiligen en Allerzielen. Wij naderen de maand november. Het weer is guur en de dagen worden snel korter. De vele bladeren in onze straten tonen de vergankelijkheid van de natuur. In deze coronatijd zullen de komende vieringen, met name ook Allerzielen, op een heel eigen wijze worden beleefd. Wij beseffen onze eigen kwetsbaarheid en vergankelijkheid, zeker de ouderen onder ons. Onderhuids geeft de huidige stand van zaken veel onzekerheid en moedeloosheid. Maar wij mogen ons laten inspireren door het gegeven dat wij niet de eerste christenen zijn. Wij staan op de schouders van vele generaties van gelovigen. Een lange en veelkleurige stoet van mensen is ons op de weg van Christus voorgegaan. Mensen die in kracht van Hem aan hun bestaan gestalte hebben gegeven. In kracht van de Geest maakten zij Christus zichtbaar in hun eigen leven.




Een grote menigte
Met Allerheiligen lezen wij tijdens de Eucharistie uit het laatste bijbelboek, de openbaring van de apostel Johannes (7, 2-4,9-14). Hij spreekt over de dienstknechten van God die met een zegel op hun voorhoofd worden getekend. Dat is een indrukwekkend beeld: God kent zijn mensen en heeft zorg voor hen. Zij zijn Gods eigendom. Mensen uit Israël, het volk van Gods eerste liefde, maar ook mannen en vrouwen uit alle volkeren. Johannes ziet een grote menigte die niemand tellen kan, uit alle rassen en stammen en volken en talen. Zij waren verbonden met God en instrumenten in zijn hand. Mensen die verbonden waren met Christus en hun ego steeds meer door Hem lieten vormen. Zij waren Christusdragers die de zaligsprekingen, die wij op Allerheiligen ook zullen horen (Matteüs 5,1-12a), concreet hebben geleefd.




Onbereikbaar ver?
Het gevaar bestaat dat de heiligen zo braaf en zoet worden beschreven dat wij er een beetje wee van in de maag worden. Maar ook kunnen heiligen ons zo perfect worden geschetst, dat zij onbereikbaar worden. Wij kunnen zelfs schuldgevoelens krijgen over onze eigen schamelheid en falen. Maar ik denk dat wij de heiligen dan verkeerd inschatten. De heiligen die ons zijn voorgegaan waren mensen van vlees en bloed. Juist zij beseften hun eigen kleinheid en afhankelijkheid. De apostel Paulus schrijft daar mooi over. Wat hij is, is hij door genade, door de kracht van God. Niet op eigen kracht maar in kracht van Christus kunnen wij in het voorspoor treden van hen die ons zijn voorgegaan en ons tot voorbeeld zijn in zachtmoedigheid en barmhartigheid; in de inzet voor gerechtigheid en vrede.
Mensen die zuiver zijn van hart. Op het feest van Allerheiligen mogen wij ons verbonden weten met alle heiligen die ons zijn voorgegaan als voorbeelden en voorbidders.




Dierbare gestorvenen
Met Allerzielen, de dag na Allerheiligen, staan wij stil bij onze dierbare doden. In veel parochies worden de gestorvenen van het afgelopen jaar herdacht. Wij noemen hun namen en steken kaarsen aan. Dit jaar, met alle coronabeperkingen, helaas in klein verband. Dat zal velen van ons pijn doen. Maar via livestream is een toenemend aantal parochies in staat om gelovigen de mogelijkheid te bieden de herdenkingsviering in de kerk thuis te laten volgen. Emotioneel raakt de Allerzielenviering ons diep. Zeker als de dood recent een dierbaar mens uit ons midden heeft geroofd. Wij zijn dan voorgoed getekend door verlies. Juist in deze coronatijd beseffen wij, misschien sterker dan voorheen, onze sterfelijkheid. Midden in het leven zijn wij door de dood omgeven. Wij denken aan de duizenden families die sinds maart een dierbare aan de gevolgen van het virus hebben verloren. Maar natuurlijk ook de andere dierbaren die de dood heeft geroofd. Als de dood ons nabij komt, is er intens verdriet. De dood betekent definitief loslaten en een lege plaats aan tafel. De dood van een dierbare maakt heel de toekomst duister.




Door het leven omgeven
Maar voor een christen vormt de dood niet het laatste woord. De dood kan het leven omgeven maar midden in de dood zijn wij door het Leven, door God, omgeven. Op de Paasmorgen is Christus door de dood heengegaan. Door de opstanding van zijn Zoon heeft God de macht van de dood gebroken. Pasen vormt zo voor ons een belofte. God is trouw en wij mogen leven met het perspectief eens thuis te komen bij Hem. Wij zijn geen raketten die in het heelal opbranden. Wij zijn geen eendagsvliegen die weer verdwijnen. De Schepper is ook onze Voltooier. Bij Hem zijn wij veilig.




Lastige tijd
In deze lastige tijd gedenken wij met Allerzielen onze doden. En hopelijk troosten wij de nabestaanden die door de dood van een dierbare vaak voorgoed zijn getekend. Christelijke troost heeft alles te maken met een wenkend perspectief. En dat perspectief vormt de levende God. Wij mogen geloven dat deze God mensen vasthoudt tot over de grens van dit aardse leven heen. Wij kunnen onze dierbare doden overgeven in Gods hand. In het vertrouwen dat hij hen voorgoed zal tekenen met een zegel op hun voorhoofd. Vanuit dat geloof wens ik u inspirerende vieringen met Allerheiligen en Allerzielen.




Mgr. dr. Gerard de Korte









12 oktober 2020
DE KERK EN DE TWEEDE GOLF
Beste broeders en zusters,




Velen vreesden er al voor. Maar nu is het een realiteit in Nederland. Het coronavirus verspreidt zich razend snel door het land en er is sprake van een tweede golf. De ziekenhuizen krijgen steeds meer patiënten binnen en ook op de ic-afdelingen worden langzaam maar zeker meer zieken opgenomen. Een en ander heeft ook implicaties voor het kerkelijk leven.




Minister Grapperhaus heeft begin vorige week de kerken het dringende advies gegeven om het aantal gelovigen tijdens een liturgische viering te beperken tot 30 personen. De Nederlandse bisschoppen hebben dit dringende advies besproken. De gehele afgelopen week was er overleg met de minister en tussen de bisschoppen onderling. De bisschoppen hebben bij de overheid steeds gepleit voor maatwerk. Maar helaas hebben wij dat in het overleg met de minister tot nu toe niet kunnen bereiken.




Nu de tweede coronagolf steeds hoger wordt, wordt de overheid ook strenger. Wij moeten ons sociaal leven verder beperken. Vanaf afgelopen zondag kunnen nog maximaal 30 gelovigen de liturgie meevieren. Wij perken het kerkelijke leven in ter bescherming van de volksgezondheid. Overigens vergaderen de kerken deze week opnieuw met de minister om hopelijk ruimte te krijgen voor meer maatwerk, zeker voor onze grote kerken.




Beste broeders en zusters,
ik besef dat de nieuwe realiteit voor veel priesters en andere gelovigen uitermate teleurstellend is en een groot offer vraagt. En dan spreek ik uitdrukkelijk inclusief. De beslissing van afgelopen vrijdag heb ik, samen met de andere bisschoppen, met moeite genomen.




Maar in de huidige omstandigheden met snel oplopende besmettingscijfers en ziekenhuisopnamen moeten wij juist als Kerk verstandig opereren en het aantal gelovigen in onze kerkgebouwen substantieel afschalen. Ik verwacht van mijn pastoors voldoende discipline om de regelingen van het episcopaat in de eigen parochie door te voeren. In de huidige omstandigheden moeten eigen meningen even worden opgeschort. Dat geldt ook voor mijzelf, nu wij in de bisschoppenconferentie gemeenschappelijk pijnlijke keuzes hebben moeten maken.




Ik maak mij uitermate veel zorgen over de toenemende polarisering, juist als het gaat om de bestrijding van het coronavirus, De eerste golf in maart werd gekenmerkt door grote saamhorigheid. Door de onderlinge eenheid hebben wij het virus tijdelijk kunnen indammen. Helaas is die verbondenheid nu veel minder aanwezig, zowel in de samenleving als binnen de Kerk. Ik constateer helaas dat -niet zelden- de emotie het wint van het verstand. Dat zou onder ons christenen niet het geval mogen zijn. Ik vraag daarom van mijn priesters, diakens, pastoraal werkers, catechisten en andere gelovigen juist in deze moeilijke tijd de ingrijpende beslissingen van het episcopaat, zij het misschien met pijn in het hart, in verbondenheid en solidariteit te aanvaarden.




Juist als mensen van de Kerk zijn wij geroepen om ons eigen kleine belang te relativeren en bedacht te zijn op het bonum commune, het algemeen welzijn. Het is voor een christen geen teken van zwakte maar juist van sterkte om tijdelijk af te zien van bepaalde rechten als wij daarmee een hoger doel, het beschermen van de gezondheid van medemensen, met name oudere en kwetsbare mensen, kunnen dienen.




Ik ben intens dankbaar voor allen, priesters, diakens, pastoraal werkers, catechisten en vele andere gelovigen, die in onze parochies het kerkelijk leven zo goed mogelijk draaiende houden.




De beperking in aantal gelovigen per viering vormt een uitdaging om vaker met kleine groepen te vieren, in plaats van de deuren te sluiten. Probeer daarnaast buiten de liturgie de kerken zoveel mogelijk open te houden. Zo hebben gelovigen individueel de mogelijkheid in onze Godshuizen rust te vinden en een plek voor gebed en troost.




Soms voelt ieder van ons zich moe of moedeloos. Laten wij echter de Heer vragen om vertrouwen. God is ons in Christus zorgend nabij. Gods Geest wil ons veerkracht en creativiteit geven, juist ook in deze tijd die helaas steeds dreigender lijkt te worden.




Mgr. dr. Gerard de Korte
Bisschop van ’s-Hertogenbosch









1 Juli 2020

HET FEEST VAN DE ZOETE MOEDER EN ZOMER 2020In Nederland nadert het einde van het werkseizoen 2019-2020. De vakantieperiode breekt aan. En ook het kerkelijk leven gaat naar een lager pitje. Wij kijken terug op een raar én naar seizoen. Vanaf half maart heeft de coronapandemie immers het kerkelijk leven in ons bisdom flink geraakt. Vieringen in gesloten kerken; veel ziekenzorg en uitvaarten maar ook lezingen die werden afgezegd. Bijna alle vergaderingen konden alleen digitaal worden gehouden. Gelukkig heeft de regering recent versoepelingen kunnen doorvoeren die ook het kerkelijk leven doen opleven. Als bisschop heb ik pastorale teams, besturen, religieuzen en vele andere gelovigen in de afgelopen maanden willen bemoedigen met pastorale brieven. Bijna iedere week schreef ik een dergelijke brief. Met dit 12de Woord ter bemoediging sluit ik de reeks af. Het nieuwe normaal wordt waarschijnlijk nooit meer het oude normaal. Maar gelukkig is het virus onder controle en kan de samenleving weer beter ademhalen. De druk op de ziekenhuizen is sterk verminderd. Er is veel meer bewegingsvrijheid. Voor de komende tijd moeten wij vooral hopen dat de economische nadelige gevolgen, ook voor de Kerk, tijdelijk zullen zijn.




Feest van de Zoete Moeder
Traditioneel is 7 juli het feest van de Zoete Moeder. In de stad ’s-Hertogenbosch in het bijzonder en binnen ons bisdom in het algemeen. Al eeuwen vertrouwen gelovigen op het gebed van Maria bij haar Zoon. Maria is een voorbeeld van diep geloof maar zij wil ons ook bemoedigen in onze trouw aan Christus. In de afgelopen maanden werd de Eucharistie in besloten kerken gevierd maar veel kerken en kapellen waren open voor privégebed. Niet alleen de Sint Jan maar ook andere Mariaplaatsen binnen ons bisdom zijn druk bezocht. Talloze kaarsen zijn aangestoken. En met de kaarsen worden evenzovele gebeden naar de Moeder van de Heer gezonden. Dit jaar wordt het feest van de Zoete Moeder, zoals zoveel andere festiviteiten, sober gevierd. Maar de devotie voor de moeder van de Heer blijft gelukkig een constante factor in het geloofsleven van katholieken binnen ons bisdom.




Dag voor de Priesters
Ook de Dag voor de Priesters kan vanwege de coronamaatregelen op 7 juli helaas niet doorgaan. Hoewel de overheid recent veel versoepelingen heeft doorgevoerd, blijft de anderhalvemeternorm van kracht. Dat maakt het organiseren van een bijeenkomst of feest met veel mensen op zijn minste lastig en vaak ook onmogelijk. Hopelijk lukt het wel om begin september een diocesane ontmoeting aan het begin van het werkseizoen 2020 – 2021 te organiseren. Ik heb de gewoonte om tijdens de jaarlijkse Priesterdag een korte toespraak te houden. Dit Woord ter bemoediging komt daarvoor in de plaats. Ik wil de priesters van ons bisdom oprecht danken voor alles wat zij in de afgelopen maanden hebben gedaan. Ik denk aan het bemoedigen van zieken en rouwenden maar ook het waardig afscheid nemen van de vele doden. Er was veel pijn, angst en verdriet. Maar er was ook naastenliefde, opoffering en saamhorigheid. Ik vermoed dat de inzet van de Kerk voor zieken, rouwenden en gestorvenen, ook ver buiten onze geloofsgemeenschap, zeer is gewaardeerd. Graag noem ik ook de diaconale activiteiten die in veel parochies zijn gehouden. Ik denk aan het inzamelen van producten voor onze Voedselbanken, het doen van boodschappen voor iemand in de buurt maar ook de vele telefoontjes en mailtjes om de eenzaamheid van mensen even te doorbreken. In mijn beleving de Kerk op haar best. Samen met diakens, pastoraal werkers en veel andere gelovigen is er in deze bijzondere periode toch heel veel (digitaal) werk verzet, waarvoor ik als bisschop mijn priesters heel bijzonder wil danken.




Vrijheid en verantwoordelijkheid
De schoolvakanties zijn in aantocht. Binnen de parochies komt er dan ook een periode van relatieve rust. De eredienst gaat door maar veel andere activiteiten komen voor een tijdje te vervallen. Tijd om even een stap terug te zetten. Tijd voor meer bezinning en gebed. Tijd ook om ons voor te bereiden op het nieuwe werkseizoen 2020- 2021. Gelukkig is na 1 juni het kerkelijk leven steeds meer op gang gekomen. Stap voor stap is de kerkelijke regelgeving verruimd. Met name vanaf 1 juli zijn er nog meer mogelijkheden voor de Kerk. Alleen blijft de anderhalvemeternorm van kracht. En natuurlijk allerlei hygiënemaatregelen. Na de tijd van de intelligente lockdown komt nu de tijd van de intelligente burger, zo sprak de minister- president. En ik denk dat hij gelijk heeft. Het virus is in ons land onder controle maar ook nog onder ons. De toekomst is daardoor onzeker en voor veel mensen bedreigend. Zonder afdoende medicijnen en een vaccin zijn alertheid en voorzichtigheid geboden. Wij moeten een tweede piek van besmettingen met veel zieken en doden voorkomen. Een en ander impliceert verstandig en verantwoordelijk handelen. Christelijke vrijheid betekent immers niet vrijheid, blijheid en doen waar je zin in hebt. Integendeel, christelijke vrijheid heeft altijd ook te maken met verantwoordelijkheid. Ik mag een ander niet alleen niet schaden maar ben ook geroepen om de ander lief te hebben en te dienen. Hopelijk zullen katholieken hun verantwoordelijkheid voor de gezondheid en het welzijn van anderen juist in de komende tijd beseffen en er naar handelen.




Tot slot
Ik hoop dat de komende zomertijd, bij alle onzekerheid, voor allen ontspanning en rust zal geven. Even pas op de plaats om weer nieuwe energie op te doen. Voor de meesten van ons waarschijnlijk niet in een ver buitenland maar meer in eigen omgeving. Wij mogen ons in deze vakantietijd toevertrouwen aan het gebed van de Zoete Moeder. Geniet van de komende zomertijd, onder de hoede van Christus, de Zon der gerechtigheid.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte
Bisschop van ‘s-Hertogenbosch









22 Juni 2020

OVER MENSENVISSERS EN VERBINDEN – Hoogfeest H. Petrus en H. Paulus
Maandag 29 juni viert de Kerk het hoogfeest van Petrus en Paulus. Het feest verbindt ons automatisch met de Eeuwige Stad en het centrum van de wereldkerk. Het hoogfeest van Petrus en Paulus richt de schijnwerpers op twee zuilen van de vroegste Kerk. Twee apostelen die als missionarissen vissers van mensen zijn geworden.




Paulus
Vanaf mijn studententijd ben ik geboeid door de apostel Paulus. Voor mij is Paulus een fascinerende man met een heftig karakter. Hij maakt duidelijk dat geloof mensen helaas ook uitermate fanatiek kan maken. Aanvankelijk haatte hij immers de jonge Kerk intens en was hij verantwoordelijk voor de dood van de eerste martelaar Stefanus. Maar de energie, die Paulus aanvankelijk gebruikte om de christelijke gemeenschap te vernietigen, zet hij na zijn bekering in als ijverig missionaris. Indrukwekkend zijn de reizen die Paulus maakt om overal het evangelie en de persoon van Christus te verkondigen. In zijn brieven vinden wij een christocentrische spiritualiteit. ‘Niet ik leef maar Christus leeft in mij’ schrijft hij aan de Galaten. Christelijk geloof is voor Paulus niet primair het aanvaarden van allerlei regels of waarheden. Veeleer gaat het om een diepe verbondenheid en vriendschap met Christus. Mijn eigen ik moet worden omgevormd en steeds meer Christusgelijkvormig worden. Zo geeft de Apostel na zijn bekering gestalte aan zijn bestaan. Uiteindelijk belandt hij in Rome, het centrum van het grote Romeinse Rijk. Daar leeft hij onder een soort huisarrest maar kan toch mensen ontvangen en missioneren. Hij sterft tijdens een vervolging als martelaar.




Petrus
Naast Paulus vormt Petrus die andere zuil van de Kerk van Rome. In het Nieuwe Testament komen de contouren van het leven van Petrus in beeld. Als visser wordt hij geroepen om Jezus radicaal na te volgen en mensen op te vissen uit de duisternis. Petrus is geen geloofsheld. Heel pijnlijk is het gegeven dat hij Jezus tot drie maal toe verloochent. Het redden van zijn eigen leven is belangrijker dan de trouw aan zijn Heer en vriend. Maar na de opstanding krijgt Petrus een nieuwe kans en krijgt hij een vooraanstaande positie binnen het apostelcollege. Christus roept geen modelgelovigen om ambtsdrager te zijn. Zowel Paulus als Petrus worden geroepen om apostel en missionaris te zijn na vergeving van schuld. Dat gegeven kan troostend zijn. In ieder geval geldt dat voor mij als bisschop. Ik hoef geen modelgelovige te zijn maar mag mijn ambt vervullen, gedragen door Gods vergevende liefde. Zoals Petrus en Paulus kunnen hedendaagse ambtsdragers leven vanuit goddelijke aanvaarding.




Bidden voor Petrus
Sinds 2013 is paus Franciscus de actuele Petrus in ons midden. Juist onze paus weet dat hij volkomen leeft vanuit Gods vergevende liefde. Veel mensen zowel binnen als ver buiten onze Kerk beleven hem als een inspirerend geestelijk en moreel leider. Evenals de heilige Franciscus van Assisi, heeft onze huidige paus een sterke verbondenheid met armen en vluchtelingen en roept hij voortdurend op om onze aarde, als eigendom van God, verantwoordelijk te beheren en zo schoon mogelijk door te geven aan de generaties na ons. Wij mogen niet onverschillig zijn en wegkijken van de hedendaagse noden. Het Petrusambt is een zwaar en verantwoordelijk ambt. Laten wij daarom veel bidden om moed en veerkracht voor onze paus. Binnen Kerk en wereld zijn tal van problemen die paus Franciscus zorgen geven. Maar gedragen door ons gebed kan hij, als mensenvisser bij uitstek, zijn invloed aanwenden ten goede. In nauwe verbondenheid met onze huidige Petrus mogen ook wij zoeken naar oplossingen voor de noden van deze tijd.




Polarisatie
Rondom de persoon van paus Franciscus is binnen de Wereldkerk polarisatie ontstaan. Terwijl een ruime meerderheid blij is met de paus, is er een minderheid die zich flink roert en het optreden van de paus bij voorbaat met wantrouwen tegemoet lijkt te treden. Met onvruchtbare polarisatie als gevolg. Overigens is dat een fenomeen dat breder is dan in onze wereld te constateren valt. Met name in de Angelsaksische wereld lijkt dat het geval. Denkt u maar aan de scherpe kloof binnen Groot-Brittannië rond de brexit en op dit moment aan de zorgelijke ontwikkelingen binnen de Verenigde Staten. Terwijl het land worstelt met een medische, sociale en economische crisis zijn politici in Washington volledig geblokkeerd. Democraten en Republikeinen leven in eigen subculturen en gunnen elkaar bijna niets meer. Zij voeren geen dialoog meer maar poneren louter eigen standpunten. Het zoeken en vinden van een werkbaar compromis raakt steeds meer buiten beeld.




Racisme en discriminatie
De laatste weken hebben onze media veel bericht over racisme en discriminatie. Na de tragische dood van George Floyd door politiegeweld in de Verenigde Staten is er een golf van protest over heel de wereld gegaan. Ook in ons eigen bisdom kwamen op verschillende plekken demonstranten bijeen om te ageren tegen racisme en discriminatie binnen onze eigen samenleving. En vanuit het christelijk geloof terecht. Er is sprake van marginalisatie en er zijn machtsverschillen, gekoppeld aan kleur en herkomst. Dat zou niet mogen want onze God is Schepper van alle mensen en Hij bemint ieder van ons.




Recent vroeg de Amerikaanse predikant Jesse Jackson aan onze premier om Zwarte Piet te verbieden. Historisch vormt Zwarte Piet een complex thema met waarschijnlijk wortels in de voorchristelijke cultuur. De directe band met racisme is daarom discutabel. Toch is Zwarte Piet voor niet weinig tijdgenoten een racistisch symbool geworden. Een onderdanige zwarte knecht van een witte bisschop. Voorstanders en tegenstanders voeren het debat fel en soms zelfs met geweld. In het debat worden standpunten verabsoluteerd. Stellingen worden geponeerd en er wordt niet of nauwelijks geluisterd naar de ander. Zwarte Piet als voorbeeld van racisme versus Zwarte Piet als voorbeeld van onze Nederlandse identiteit. Een compromis lijkt overigens goed mogelijk. Wordt de Nederlandse identiteit echt aangetast als Zwarte Piet evolueert tot een roetveegpiet? Veel burgers willen hun eigen schaduw niet onder ogen zien en zoeken gemakkelijk een zondebok. Dialoogtafels waar wederzijds zorgen en pijn kunnen worden gedeeld, zouden uitermate heilzaam kunnen zijn.




Tederheid
Juist onze Kerk legt nadruk op het belang van ontmoeting, dialoog en onderlinge vriendschap. Vanuit het elkaar aanvaarden, ook met verschillende standpunten, blijven wij verbonden met elkaar. Bij enig nadenken kan het besef groeien dat wij allen, evenals Petrus en Paulus, leven van Gods aanvaarding. Die goddelijke aanvaarding zouden wij in Kerk en samenleving meer moeten laten doorwerken. Paus Franciscus spreekt regelmatig over een revolutie van de tederheid. Graag houd ik een pleidooi voor mildheid en barmhartigheid in de huidige kerkelijke en maatschappelijke debatten, zoals onze God mild en barmhartig is voor ieder van ons en de zon laat opgaan over goeden en slechten.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte




Bisschop van ‘s-Hertogenbosch









8 Juni 2020
BROOD VAN HET LEVEN – Sacramentsdag 2020
Recent hebben wij het Pinksterfeest gevierd. De Heilige Geest maakt de leerlingen van Jezus die bang zijn voor de toekomst tot enthousiaste missionarissen. Te beginnen met Jeruzalem maar, al spoedig, klinkt in het gehele Middellandse Zeegebied de boodschap van de opstanding. Christus, gestorven aan het kruis, is de Levende. En mensen worden opgeroepen om hun leven te verbinden met Hem.




Christenen spreken, om het met een knipoog te zeggen, heel beleefd over het Godsgeheim. Niet met twee maar zelfs met drie woorden. Afgelopen zondag hebben wij de drie-ene God gevierd. Als Vader, Zoon en Geest. In kracht van de Geest kunnen wij Jezus herkennen als Gods Zoon en door de Zoon ontmoeten wij de liefdevolle en vergevende Vader. Ik hoop dat u afgelopen zondag het feest van Gods Drievuldigheid met vreugde en ook dankbaar hebt kunnen vieren. Dankbaar dat wij deze God hebben leren kennen en Hij zijn zorgende en beschermende hand op ons heeft gelegd.




Hervatting van het communiceren
Komende zondag viert de Kerk Sacramentsdag. Juist dit jaar zal dat een gedenkwaardig feest worden. Er zal immers weer communie worden uitgereikt. U weet dat vanaf half maart de coronacrisis ons heeft gedwongen om in gesloten kerkgebouwen de Eucharistie te vieren. Maar maatschappelijk en ook kerkelijk zijn er gelukkig versoepelingen mogelijk. Vanaf 1 juni, de gedachtenis van Maria als moeder van de Kerk, vieren wij weer met open kerken en zijn 30 gelovigen welkom. Vanaf 1 juli zullen wij, als er geen dramatische dingen gebeuren, met 100 gelovigen kunnen vieren. Komende Sacramentsdag zal na drie maanden weer de mogelijkheid worden geboden om de Heilige Communie te ontvangen. Ik besef dat veel katholieken, door het afzien van de sacramentele communie, een groot offer hebben moeten brengen. Maar zij deden het om de bescherming van de gezondheid en veiligheid van onze naasten. Doordat het virus nog onder ons is, zijn met name rond de communiegang vanaf 14 juni door de Nederlandse bisschoppen specifieke regelingen getroffen. Sommige priesters en andere gelovigen beleven de nieuwe regelgeving als klinisch die de intensiteit van het moment kan verstoren. Ik ben niet ongevoelig voor dit bezwaar maar wil nogmaals de nadruk leggen op het feit dat onze geloofsgemeenschap geen bron van besmetting mag zijn. Optimale hygiëne moet in de huidige omstandigheden het parool zijn.




Levensreis
Ons leven wordt wel eens voorgesteld als een reis. Om mens te blijven hebben wij op deze levensreis ook momenten van rust en bezinning nodig. Wij kunnen dan kijken welke weg wij hebben afgelegd en wat er nog komen gaat. Voor rooms-katholieken vormt de Eucharistie een pleisterplaats bij uitstek. Voor Gods aangezicht komen wij samen om ons leven te overdenken. Wij vieren de grote daden van God in de geschiedenis van Israël en in Jezus Christus. En wij vertrouwen ons leven toe aan Gods leiding. Wij vieren de zelfgave van Christus en delen in Gods bevrijdende liefde in zijn Zoon




Maaltijd, offer en verbond
Iedere Eucharistie heeft verschillende dimensies. Veel katholieken in ons bisdom beleven de Eucharistie, zo vermoed ik, primair als een maaltijd. En daar is niet mis mee. Want tijdens ons samenkomen wordt immers het laatste Avondmaal geactualiseerd. Tijdens die maaltijd met zijn vrienden heeft Christus de viering van de Joodse Paasmaaltijd omgebogen naar zichzelf. De God die slaven bevrijdt, is in de Zoon zichtbaar geworden. In Hem schenkt God bevrijding aan mensen die gevangen zijn in liefdeloosheid. Hij doorbreekt de macht van de dood en schenkt uitzicht op eeuwig leven. En Hij maakt mensen vrij tot liefdevolle dienstbaarheid.




Iedere Eucharistie vieren wij ook de offerende zelfgave van Christus. Zijn hele bestaan wordt bepaald door de dienstbaarheid van de Vader en alle mensen. Tijdens het laatste Avondmaal wordt dat in beeld gebracht. Brood wordt gebroken en wijn gaat rond als teken van delende, schenkende en vergevende liefde. Een dag later zal op Golgotha het lichaam van de Heer worden gebroken. Het gaat om de totale offergave van Christus. Jezus schenkt zijn leven als consequentie van zijn trouw aan de roeping van de Vader. Tijdens de viering van de Eucharistie wordt het ene unieke offer van Christus, in kracht van Gods Geest, tegenwoordig gesteld.




De Eucharistie vormt de bezegeling van het nieuwe verbond tussen God en de mensen. Maaltijd, offer en verbond zijn zo centrale aspecten van de Eucharistie. In een rituele maaltijd wordt het verzoenende levensoffer van Christus tegenwoordig gesteld. Wij worden opgenomen in het nieuwe verbond dat God in Christus met ons gesloten heeft. Iedere keer als wij de Eucharistie vieren is de Heer ons liefdevol rakelings nabij.




Eucharistie en diaconie
Afgelopen zaterdag mocht ik in de kathedraal vijf mannen, op weg naar hun diakenwijding in het najaar, aanstellen tot acoliet. Als acoliet zijn zij geroepen tot de dienst van het altaar en mogen zij de communie, het Brood van het leven, uitdelen aan hun broeders en zusters. Eucharistie en diaconie hebben alles met elkaar te maken. Vanuit zijn verbondenheid met zijn Vader vergeeft en geneest Christus mensen. Hij is nabij aan allen die zwak en kwetsbaar zijn. Ieder die zich inlaat met Hem en Hem viert in de Eucharistie als gevaarlijke herinnering (Johann Baptist Metz) wordt uitgedaagd om zelf solidair te zijn met de kleinen en kwetsbaren, dichtbij en ver weg. Met al degenen die geen helper hebben. In hen ontmoeten wij immers de Heer zelf. (vgl. Matheus 25, 31-40).




Tot slot
Ik wens u een bijzondere Sacramentsdag 2020. Dat de ontmoeting met Christus in Woord en Sacrament u vreugde mag schenken. In kracht van de Eucharistie, als bron en hoogtepunt van christelijk leven, kunnen wij onze katholieke geloofsgemeenschap gestalte geven en verder opbouwen.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte




bisschop van ’s-Hertogenbosch









25 mei 2020
FEEST VAN DE HERSCHEPPING – Pinksteren 2020
Het Paasfeest, Hemelvaart en ook het Pinksterfeest vieren wij dit jaar met gesloten kerkgebouwen. Vanaf half maart waren omwille van de volksgezondheid, in de ogen van de overheid en de Nederlandse bisschoppen, stringente regels noodzakelijk. Met name ouderen zijn extra kwetsbaar voor het rondwarende virus. En vooral oudere mensen verzamelen zich in onze kerkgebouwen voor het vieren van de liturgie. Een en ander impliceerde uiterste voorzichtigheid. Want de eredienst aan God mag geen bron van ziekte en dood van medemensen worden. Natuurlijk heeft dat bij veel gelovigen uitermate veel pijn en verdriet gegeven, niet in de laatste plaats ook bij de priesters en de bisschoppen. De onmogelijkheid om de Heilige Communie te ontvangen en de beperking tot de geestelijke communie is voor talrijke gelovigen een heel groot offer geweest. Mede door de grote discipline en uithoudingsvermogen van verreweg de meeste Nederlanders lijkt het virus enigszins onder controle te zijn. Maar zolang er geen afdoende medicijnen voor patiënten zijn ontwikkeld en vooral zolang er geen vaccin tegen het virus is gevonden, is uiterste alertheid noodzakelijk. Zowel van de regering als van ons als mensen van de Kerk.




Kerkelijke herschepping
Pinksteren vormt het feest van Gods Geest. Wij lezen in het Nieuwe Testament dat tijdens het eerste Pinksterfeest angstige en lamgeslagen leerlingen van Jezus weer moed vatten. Zij beëindigen een zelfgekozen afzondering. De deuren en ramen gaan open. In kracht van de heilige Geest verkondigen zij Gods grote daden met als kern Gods onvoorwaardelijke liefde en trouw in Jezus Christus. Pinksteren betekent in zekere zin de geboorte van de Kerk. De leerlingen staan op uit hun verlamming en vatten moed om als missionarissen te gaan getuigen. Tegen die achtergrond mogen wij Pinksteren het feest van de herschepping noemen.




Allereerst in Jeruzalem, maar al snel ook buiten de stad, worden volgelingen van Jezus actief. Eerst worden Joodse mensen aangesproken. Maar al spoedig wordt duidelijk dat God de poort van het geloof heeft opengezet voor alle mensen. Het Evangelie heeft een universele strekking. Uit alle volkeren, rassen en talen worden mensen uitgenodigd hun hart aan het Evangelie te geven en in vriendschap met de levende Christus te gaan leven.




In deze dagen beleven wij, als gelovigen in Nederland, in zekere zin ook een herschepping, of op zijn minst een kerkelijke herstart. De versoepelingen die maatschappelijk mogelijk zijn, bieden ook voor onze Kerk nieuw perspectief. Nog voorzichtig en stap voor stap. In de maand juni gaat het om eucharistievieringen met dertig gelovigen. En per 1 juli zal dat met honderd gelovigen mogelijk zijn. Op Sacramentsdag, zondag 14 juni, zal na drie maanden weer de Heilige Communie worden uitgereikt. Tenzij een tweede besmettingsgolf roet in het eten gooit en de overheid alsnog nieuwe beperkende maatregelen moet afkondigen. Alles bijeen zijn de versoepelingen een reden tot grote dankbaarheid.




De bisschoppelijke regels die vanaf 1 juni gelden, hebben niet overal gejuich opgeroepen. Sommige regels worden als extreem voorzichtig beleefd. Ik besef dat de bisschoppen veel van de pastores en besturen vragen om de kerkelijke herstart in goede banen te leiden. Het zou fantastisch zijn als de stringente regels spoedig kunnen worden versoepeld. Maar zolang het virus onder ons is, mag juist van de Kerk als morele instantie, worden verwacht dat zij optimaal zorgt voor de gezondheid van mensen. Ik heb alle vertrouwen dat pastorale teams en besturen op dit punt prudent zullen handelen.




Door de crisis zijn heel veel pastores op digitaal terrein creatief geworden. Gelukkig kon zo in veel gevallen de liturgie van de Kerk bij de gelovigen gebracht worden en kon ook op catechetisch en diaconaal terrein het nodige werk doorgang vinden. Zo hoor ik van meerdere priesters dat zij langs de digitale weg catechese geven of met hun jongeren in contact blijven. Laten wij hopen dat bij de doorstart van het kerkelijk leven de mogelijkheden van de techniek optimaal worden benut voor een nieuwe missionaire inzet.




Maatschappelijke herschepping
Het virus heeft naast medische ook grote sociale gevolgen. Ik noem alleen al de eenzaamheid van ouderen én jongeren. Steeds duidelijker wordt echter ook de sociaaleconomische impact van de wereldwijde pandemie. Vele miljoenen mensen zijn werkeloos geworden en vele miljarden zijn verdampt. De coronacrisis raakt de wereld in een tijd van grote maatschappelijke uitdagingen. Wij stonden immers al vòòr de crisis voor de taak om de wereld tot 2050 rechtvaardiger en duurzamer te maken. Wij vieren dit jaar het lustrum van de encycliek Laudato Si. In 2015 schreef onze paus dit baanbrekende document en de inhoud is van uitermate groot belang tot op de dag van vandaag.




Paus Franciscus komt op voor een cultuur van het leven. In de visie van de paus gaat het dan niet alleen om het bescherming van het ongeboren leven en het oude, aftakelende leven maar ook om wereldwijde sociale rechtvaardigheid en de bescherming van de aarde als ons gemeenschappelijk huis. Wij moeten de komende jaren onze blik steeds meer verbreden en niet alleen zorgen voor mensen maar ook voor onze dieren en planten.




De directeur van het Sociaal Cultureel Planbureau, Kim Putters, citeerde recent in een interview het Engelse spreekwoord Never waste a good crisis. De coronacrisis vormt voor overheden, ondernemingen en burgers een extra uitdaging om de totale economie verder te verduurzamen, massale verspilling van voedsel en grondstoffen effectief te bestrijden en te komen tot een betere verdeling van de goederen van deze wereld. Om dit te realiseren doet de paus een oproep tot een ecologische bekering. Wij moeten recht doen aan de armen en vluchtelingen van deze wereld en goed omgaan met Moeder Aarde. In de komende jaren moet deze wereldwijde transitie meer en meer gestalte krijgen. Een geweldige opdracht voor de gehele mensheid. De Pinkstergeest kan christenen inspireren tot deze maatschappelijke herschepping die de komende decennia zal moeten plaatsvinden. Paus Franciscus roept in Laudato Si op tot een bundeling van alle spirituele krachten, christenen, andersgelovigen en ongelovigen. De inzet voor meer rechtvaardigheid en bescherming van de schepping vormt immers een opdracht voor alle mensen, ongeacht hun godsdienst of levensovertuiging. Wij geloven dat Gods Geest ver buiten de Kerk aan het werk is. Het ware, goede en schone buiten de christelijke cultuurkring mogen wij dankbaar zien als het werk van Gods Geest.




Kom Schepper Geest
Op weg naar het Pinksterfeest bidden wij om de komst van Gods scheppende en herscheppende Geest. Zowel kerkelijk als maatschappelijk staan wij voor grote uitdagingen. De Geest wil christenen inspireren om de verantwoordelijkheid van hun doopsel serieus te nemen en te bouwen aan missionaire parochies rondom Christus. Tevens staan wij voor de uitdaging om een bijdrage te leveren aan een maatschappelijke herschepping. Opdat recht wordt gedaan aan de waardigheid van alle mensen als schepselen van God en de aarde, die ons draagt en voedt, wordt beschermd. God is de eigenaar van deze aarde. Wij zijn niets meer dan rentmeesters en hoveniers.




Vanuit deze overtuiging wens ik u een Zalig Pinksterfeest.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte




Bisschop van ’s-Hertogenbosch









18 mei 2020
HET THUISKOMEN VAN JEZUS EN CORONA – Hemelvaart 2020
Donderdag vieren wij het Hoogfeest van de Hemelvaart van de Heer. Voor de meeste Nederlanders betekent Hemelvaartsdag vooral het begin van een extra lang weekend. Niets minder maar ook niets meer. Ook een aantal christenen in het Nederland van vandaag loopt niet echt warm voor het feest. In ieder geval is het kerkbezoek bijna overal lager dan op een gemiddelde zondag. Overigens zal er dit jaar helemaal geen kerkbezoek mogelijk zijn. Het coronavirus blokkeert als onzichtbare tegenstander tal van zaken. Het virus verhindert ook een feestelijke viering van de thuiskomst van Christus bij de Bron van waaruit Hij leefde. Want dat is, naar mijn overtuiging, het hart van Hemelvaart. Jezus heeft na zijn arrestatie, marteling en kruisdood van God nieuw leven ontvangen. Wij hebben dat kerngegeven van ons geloof tijdens het Paasfeest opnieuw mogen vieren. Jezus is van de Vader uitgegaan en tot de Vader teruggekeerd.




Met Hemelvaart gaat het echter niet alleen over Jezus maar ook over ons. Het thuiskomen van de Zoon bij zijn Vader, vormt voor ons een belofte. Ook wij mogen hopen op een thuiskomen. God laat de vrienden en vriendinnen van zijn Zoon niet in de steek. Hemelvaart impliceert voor ons de belofte dat God trouw is, hier en nu en tot over de grens van dit aardse leven heen. Wij mogen rusten in de palm van Gods hand. God is onze rots, de toevlucht die op ons wacht (vgl. Psalm 73).




Troost voor rouwenden
In ons land sterven ieder jaar 150.000 mensen. Gemiddeld per week dus zo’n 3.000. In de afgelopen maanden zijn door het virus duizenden mensen extra gestorven. Op het moment dat ik dit Woord ter bemoediging schrijf, is bekend geworden dat in de laatste 9 weken een oversterfte van 9000 mensen is vastgesteld, de meesten als gevolg van het coronavirus. Vele families zijn daardoor recentelijk vaak hard en onbarmhartig met de dood van een dierbare geconfronteerd. Cijfers over het aantal doden zijn kil maar achter ieder getal gaat intens verdriet om het afscheid van een dierbare schuil. En daarbij komt dat door het besmettingsgevaar er allerlei restricties rondom een uitvaart zijn. Zo wordt het afscheid nemen van een gestorven dierbare in de huidige omstandigheden extra moeilijk en pijnlijk.




Ik ben dankbaar voor de inzet van onze pastorale teams en vele vrijwilligers. In sommige delen van het bisdom zijn bovengemiddeld veel besmettingen waargenomen en dus ook extra veel zieken en doden. Het begeleiden van de zieken en de stervenden maar ook het troosten van de nabestaanden is juist nu een belangrijke pastorale taak. Op deze manier kan onze geloofsgemeenschap zich van haar beste kant laten zien.




Missionaire opdracht
De eerste leerlingen die getuigen zijn van de thuiskomst van Jezus bij de Vader, mogen niet naar boven blijven staren. De blik moet niet naar boven gericht blijven maar naar voren worden gericht Het gaat om de toekomst. De levende Christus wil dat zijn leerlingen het Evangelie niet verborgen houden. Zij worden de wereld ingezonden om het goede nieuws over Gods onvoorwaardelijke liefde in Christus te vertellen




Altijd weer kom ik onder de indruk van de missionaire kracht van de apostel Paulus. In de Schriftlezingen van deze Paastijd komt het missiewerk van Paulus veelvuldig ter sprake. Zoals hij eens al zijn energie gebruikte om de Kerk te vernietigen; zo wordt hij na zijn bekering een missionaris die zich met tomeloze energie heeft ingezet. Heel het Middellandse Zeegebied wordt afgereisd en tal van ontberingen en tegenslagen worden doorstaan. Zo komt Paulus als onvermoeibare missionaris in beeld. Hopelijk een blijvende bron van inspiratie voor ons.




Wij leven in een spannende tijd voor de Kerk. Er is al jaren sprake van teruggang. De kerkelijke cijfers worden ieder jaar lager en helaas worden ook in ons bisdom kerkgebouwen verkocht en aan de eredienst onttrokken. Maar deze situatie mag ons niet gijzelen en passief maken. In de bisdommen van Nederland wordt gelukkig veel gesproken over missionaire geloofsgemeenschappen. Ook in ons eigen bisdom maken veel priesters, diakens, pastoraal werkers en andere gelovigen plannen voor missionaire initiatieven. Het doopsel vormt een geschenk maar ook een opdracht. Katholieken mogen daarom worden aangesproken op de verantwoordelijkheid van hun doopsel. Zij zijn geroepen om leesbare brieven van Christus te zijn. Alleen als gelovigen in de parochies present zijn en zorgen voor een gezond financieel fundament hebben onze katholieke geloofsgemeenschappen een toekomst.




Wachten op de Geest
Wij leven toe naar het feest van de heilige Geest. Na de dood van Jezus hebben de eerste leerlingen zich angstig opgesloten. Ongetwijfeld waren zij bevreesd dat ook zij zouden worden gearresteerd, gemarteld en gedood. Maar als de Pinkstergeest komt, verdwijnt de angst als sneeuw voor de zon. Het gesloten huis wordt verlaten en de leerlingen gaan spreken over de grote daden die God in Christus heeft verricht. Zij spreken over de hoop die in hen leeft.




De huidige crisis maakt velen van ons ook onzeker en bang. Er is angst voor ziekte, voor eenzaamheid of economische malaise. Maar de Geest wil ons moed en veerkracht geven. Gelukkig de mens die juist in deze coronatijd zijn hoofd opricht en zelfbewust kijkt naar de toekomst. Het leven is voor verreweg de meeste mensen uitermate onzeker. Laten wij uitzien naar de Pinkstergeest vanuit het geloof dat de toekomst in Gods zorgende hand ligt. Bij Hem mogen wij ons veilig weten.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte




Bisschop van ’s-Hertogenbosch









7 mei 2020
MARIA EN DE CORONACRISIS
Mei 2020 verloopt heel anders dan de andere meimaanden binnen ons bisdom. Dit jaar zijn er geen grootste publieke vieringen en geen processies. Dat geldt niet alleen voor de Sint Jan in ’s-Hertogenbosch maar ook voor alle andere Mariaoorden binnen ons diocees. Voor velen maakt dat het verdriet om de huidige liturgische beperkingen extra groot. Met het hoofd beseffen wij dat de volksgezondheid geen grote samenkomsten toestaat, maar met het hart zouden wij dat graag anders zien. Wij worden op dit punt opgeroepen tot ascese ter bescherming van de eigen en andermans gezondheid. Gelukkig zijn wel vele van onze kerkgebouwen open voor persoonlijk gebed. Maria wordt daar niet vergeten en zij zal ook ons niet vergeten. Ook in deze vervelende coronatijd, met veel spanning en onzekerheid, blijft de liefde voor de moeder van de Heer binnen ons diocees sterk. Voor niet weinigen blijft Maria een bron van bemoediging en kracht.




Bernadette
In de planning van ons bisdom zou juist deze maand mei de heilige Bernadette centraal staan. Een reliek, een klein stukje huid van Bernadette, zou naar Nederland komen. Bernadette is de jonge Franse vrouw die in Lourdes Maria een aantal keren mocht ontmoeten. De heilige Bernadette was een arm en ongeletterd meisje maar met een groot en diep geloof. Zij maakt duidelijk dat voor God aanzien, macht en geld onbelangrijk zijn. De Heer bemint alle mensen maar heel bijzonder die naar aardse maatstaven weinig in tel zijn. De boodschap van Lourdes is eenvoudig. Het gaat om de evangelische boodschap tot ommekeer en levensvernieuwing. De moeder van de Heer roept via Bernadette op om mensen van gebed te zijn. En steeds meer te groeien in verbondenheid en vriendschap met Christus. Het reliek van Bernadette zou in alle bisdommen worden ontvangen en aan ons bisdom viel de eer te beurt om komende maandag 11 mei de spits af te bijten. Samen met Mgr. Woorts, hulpbisschop van Utrecht en bisschop-referent voor de bedevaarten, zou ik de Bernadetteweek inluiden met een feestelijke vesper. Gedurende de hele week waren activiteiten gepland met iedere dag een eigen thema en doelgroep. Ik noem een bijeenkomst met schoolkinderen en gezinnen. Maar ook een ontmoeting met mensen die zorg nodig hebben en daklozen. Ook was een grote lichtprocessie door ’s-Hertogenbosch gepland. Kortom: een week vol ontmoeting, bezinning en gebed. Maar de coronacrisis heeft een flinke streep door de plannen gehaald. Wij hebben alle activiteiten helaas moeten afgelasten.




Maria en Christus
Hoewel totaal anders dan gewoonlijk, nodigt ook deze meimaand, waarin ook moederdag valt, ons weer uit na te denken over de plaats van Maria in de geschiedenis van God met ons mensen. Aandacht voor Maria betekent direct ook aandacht voor Jezus. Meer nog: de aandacht voor de moeder heeft alles te maken met de Zoon. Maria speelt een bijzondere rol bij de menswording van God in Christus. Zij is beschikbaar om Hem de wereld binnen te dragen. Juist om die reden zegt het evangelie dat Maria door alle geslachten zalig zal worden geprezen (Lucas 1, 48). In het licht van Gods menswording heeft Maria in haar litanie ook de titel ark van het verbond gekregen. Hier gaat een notie uit het Oude Testament mee resoneren. Zoals in het boek Exodus een wolk de tent van samenkomst met de ark van het verbond overschaduwt als teken van Gods aanwezigheid (Exodus 40, 34), zo wordt nu Maria als nieuwe verbondsark door Gods Geest overschaduwd. Zij draagt in haar schoot de Immanuel, God-met-ons.




Op de bruiloft van Kana, aan het begin van het openbaar leven van Jezus volgens het evangelie naar Johannes, zegt Maria tot de bedienden: “Doe maar wat Hij u zeggen zal” (Johannes 2,5). Voor mij spreekt Maria nog steeds deze woorden tot ons. Maria verwijst altijd naar Christus. Zij hoopt dat wij doen wat Hij ons zegt. Maria brengt ons zo steeds opnieuw bij haar Zoon.




Maria is ook aanwezig bij de kruisiging van haar geliefde Zoon. Talrijk zijn de afbeeldingen van Maria met het lichaam van de gestorven Christus op haar schoot. Voor ieder mens een aangrijpend beeld. Deze vrouw weet wat het is een volwassen kind te verliezen. Veel katholieken die zelf een kind hebben verloren aan de dood, vinden troost bij Maria.




Maar de Kerk gelooft ook dat Maria, als eerste van de gelovigen, Christus heeft mogen navolgen in de opstanding. Waar de Zoon is, daar mag ook de moeder zijn, Maria als voorbeeldige gelovige en onze voorspreekster bij God. Juist in deze onzekere en nare crisistijd mogen wij ons toevertrouwen aan haar gebed bij God.




Wachtend op de Geest
In deze Paastijd leven wij toe naar het Pinksterfeest, het feest van de Geest. Het geschenk van de Geest op Pinksteren geldt als de geboorte van de Kerk. Na de terugkeer van Jezus naar de Vader, verblijven Maria en de apostelen in een bovenzaal te Jeruzalem (Handelingen 1, 13-14). Het is dan ook niet zo vreemd dat, op schilderijen en iconen over Pinksteren, Maria vaak te midden van de apostelen wordt afgebeeld. Wachtend op de Geest is Maria zo het beeld van de geduldige gelovige. Haar beschikbaarheid, eenvoud en Godsvertrouwen vormen een voorbeeld voor ieder van ons. Het is opvallend dat tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie(1962-1965) de verzamelde bisschoppen geen apart Mariadocument hebben willen uitgeven maar over de moeder van de Heer spreken in Lumen Gentium, het grote document over de Kerk. Maria is stevig verbonden met Christus maar evenzeer met de geloofsgemeenschap. Maria is toonbeeld en model voor alle leden van de Kerk, in het bijzonder door haar geloof, haar liefde en volmaakte eenheid met Christus.




Bemoediging en veerkracht
In deze meimaand krijgt Maria in de liturgie van de Kerk en in ons eigen geloofsleven extra aandacht. Paus Franciscus nodigt ons juist nu uit het rozenkransgebed te bidden en om met het hart van Maria naar het gelaat van Christus te kijken. Ik hoop dat wij in deze lastige tijd bemoediging en kracht zullen putten uit ons geloof dat God in Jezus een vernieuwd en altijddurend verbond met ons heeft gesloten. Maria heeft Jezus, Gods definitieve en onovertrefbare openbaring, onze wereld binnengedragen. Ik hoop en bid dat Maria Christus ook ons eigen bestaan mag binnendragen. Bij Hem vinden wij geborgenheid en veiligheid.




+ Mgr. dr. Gerard de Korte
Bisschop van ’s-Hertogenbosch







29 april 2020
EEN KLEIN FEEST IN EEN ONZEKERE TIJD






Afgelopen zaterdag, het feest van de heilige Marcus, was ik in het Stadsklooster van de Fran-ciscanen in ’s-Hertogenbosch. De reden was bijzonder. Ik mocht broeder Jan ter Maat ofm tot diaken wijden. Broeder Jan is op weg naar zijn priesterwijding in het najaar. Door de corona-crisis kon de wijding maar in zeer beperkte kring plaatsvinden. Een klein feest in een onzekere tijd. Voor de wijdeling was het natuurlijk een groot feest te midden van zijn huisgenoten. In dit zesde woord ter bemoediging ga ik nader in op deze wijding maar ook op het belang van de herderlijke zorg door priesters, diakens, pastoraal werkers en alle andere leden van het volk van God, juist in deze vervelende coronatijd.
Katholiek ’s-Hertogenbosch is al enige tijd verrijkt met een nieuw klooster. Vlak bij het Cen-traal Station heeft de Orde van de Franciscanen een voormalig Kapucijnenklooster gekocht. Op dit moment wonen er in het Stadsklooster 13 mensen. Het klooster is gemengd. Er wonen naast broeders ook zusters en ook een echtpaar dat verbonden is met de Franciscaanse lekengemeen-schap. Eén van hen is broeder Jan. Hij studeert theologie en wil graag priester worden. Al maanden geleden was afgesproken dat zijn diakenwijding op zaterdag 25 april, de feestdag van de evangelist Marcus, zou plaatsvinden als opstap naar de priesterwijding in het najaar. Maar toen kwam de coronacrisis. En de vraag werd gesteld of de diakenwijding wel door kon gaan. Op uitdrukkelijk verzoek van de wijdeling heb ik als wijdende bisschop deze vraag bevestigend be-antwoord. Als wij in deze crisistijd kerkelijke huwelijken en uitvaarten mogelijk maken, be-hoort ook een wijding, hoewel uitzonderlijk, tot de mogelijkheden.




Beperkingen
Maar een wijding in deze tijd kent natuurlijk wel zijn beperkingen. De meest in het oog sprin-gende was afgelopen zaterdag het aantal aanwezigen bij de wijding. Als feestelijk gebeuren trekt een wijding normaal honderden gelovigen maar met de regelgeving van de overheid ter bescherming van de volksgezondheid als uitgangspunt, was dat nu totaal onmogelijk. Wij vier-den dit feest met een kleine 20 personen: de 12 huisgenoten van de wijdeling en aanwezigen die voor de liturgie en de uitzending noodzakelijk zijn. In de grote kloosterkerk is voldoende ruimte om vele meters afstand te houden van de ander. Het gevaar van besmetting was dan ook minimaal. Zelfs de ouders van broeder Jan waren niet aanwezig. Gelukkig hebben de vader en de moeder van de wijdeling en alle andere familieleden en vrienden de gehele viering wel via livestream kunnen volgen.




Omzien in dankbaarheid
Broeder Jan heeft een protestantse achtergrond. Zijn vader diende verschillende kerkelijke ge-meenten als predikant. In dit gelovige milieu heeft de nieuwe diaken Christus leren kennen. Broeder Jan ziet dan ook om in dankbaarheid. Hij dankt zijn ouders voor zijn christelijke opvoe-ding waarbij de Heilige Schrift en de persoon van Jezus zo’n belangrijke rol hebben gespeeld. Maar, zoals ik dat wel vaker bij nieuwe katholieken heb gehoord, ging Jan als jongvolwassene de schoonheid van de katholieke liturgie ontdekken. Naast het Woord ontdekte hij de sacramen-tele dimensie van het katholicisme. Ik denk dan niet alleen aan de betekenis van de Eucharistie maar ook aan het sacrament van boete en verzoening. Natuurlijk was ook de ontmoeting met de spiritualiteit van de heilige Franciscus van grote betekenis. Jan ontdekte de waarde van nede-righeid en onderlinge broederschap. Maar ook het belang van de solidariteit met de kleinen en de kwetsbaren en de zorg voor moeder Aarde als Gods schepping. Door de diaken- en
priesterwijding treedt Jan in zekere zin in de voetsporen van zijn vader. Ook hij zal immers bij
uitstek dienaar van het Woord zijn en Christus in de sacramenten van de Kerk bij de mensen
present mogen stellen.




Gaat uit over de wereld
Op de feestdag van de evangelist Marcus lazen wij vanzelfsprekend uit het evangelie dat op zijn
naam staat. En wij lazen het evangeliefragment waarbij Christus, vlak voor de terugkeer naar
de Vader, zijn leerlingen oproept om missionair te zijn en het Evangelie aan heel de schepping
te verkondigen. Broeder Jan valt als franciscaan onder het gezag van zijn provinciaal. Als bisschop
kan ik hem dus niet zenden. Maar tijdens de gesprekken ter voorbereiding van de wijding
heb ik wel ontdekt dat de aankomende priester een missionair hart heeft. Ik hoop dan ook van
harte dat broeder Jan niet alleen een taak zal krijgen binnen zijn klooster maar ook een deel
van zijn priesterschap gestalte zal geven in één van de missionaire projecten binnen ons bisdom.
Juist als jonge diaken, en spoedig als priester, kan hij missionair actief zijn: Christus bij
de mensen brengen en mensen bij Christus.




Onderbreking
De coronacrisis strooit, als het gaat om de missionaire parochie, overigens roet in het eten.
De landelijke studiedagen rond het bekende boek van James Mallon, Als God renoveert, gepland
voor eind maart, zijn naar het najaar doorgeschoven. In de meeste parochies zijn activiteiten
om het parochieleven te renoveren, opgeschort. Of toch niet helemaal? De creativiteit op digitaal
terrein biedt immers voor menige geloofsgemeenschap missionaire kansen, ook na de crisis.
Maar heel veel bestaande missionaire plannen zijn uitgesteld. In dit geval mag uitstel geen afstel
zijn. Er komt weer een dag, en hopelijk laat die niet al te lang op zich wachten, dat er missionair
veel meer mogelijk is en wij nieuwe mensen kunnen bereiken met Christus en zijn Evangelie.




500 jonge vluchtelingen naar Nederland?
In deze tijd komt ook het uitermate grote belang van de diaconie in beeld. Nationaal en internationaal.
De coronacrisis maakt veel slachtoffers. Niet alleen medisch maar ook sociaal en
economisch. Afgelopen week deed een groot aantal personen en instellingen, waaronder de Nederlandse
bisschoppen, een oproep aan de regering om Griekenland te helpen door het overnemen
van 500 kinderen en jongeren. Deze jongelui, zonder ouders, leven in Griekse vluchtelingenkampen,
vaak onder uiterst primitieve omstandigheden. Als in deze kampen het virus toeslaat,
is het leed niet te overzien. Tot nu toe houdt het kabinet de boot af. Laten wij hopen dat
de nood van deze kwetsbare jongeren ook in Den Haag zal worden gehoord.




Dienende Kerk
Het belang van de herderlijke en diaconale zorg van priesters en diakens maar ook van pastoraal
werk(st)ers, geestelijk verzorgers en alle andere leden van het volk van God komt juist in
deze vervelende coronatijd in beeld. Broeder Jan zal zeker nog nagenieten van zijn wijding tot
diaken. Maar ik hoop dat hij en wij allen, in kracht van de komende Pinstergeest, een dienstbare
Kerk zichtbaar maken in navolging van Christus Dienaar.




Mgr. Dr. Gerard De Korte







22 april 2020
GAAN WIJ BINNENKORT MORREN?






Over verbondenheid en belangen
Vrijheid is in onze huidige samenleving een belangrijke waarde. Binnenkort vieren wij weer het herstel van onze vrijheid na vijf jaren van onderdrukking tijdens de Tweede Wereldoorlog. ‘Samen stil staan bij 75 jaar vrijheid’ vormt het motto van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Maar vrijheid is nooit absoluut, ook onze vrijheid is relatief. De huidige coronacrisis maakt dat maar al te zeer duidelijk. Omwille van de volksgezondheid heeft de regering voor de publieke ruimte allerlei beperkende maatregelen afgekondigd. Wij kunnen niet meer gaan of staan waar wij willen. Er wordt gesproken over een intelligente lockdown maar de gevolgen zijn niet ge-ring. Scholen zijn al weken dicht. Veel mensen werken thuis. Een bezoek aan restaurant, thea-ter, bioscoop en museum is niet meer mogelijk. En een samenscholing van een grotere groep mensen leidt tot een flinke bekeuring. Gelovigen moeten al weken lang accepteren dat het sa-men vieren van het geloof in onze kerkgebouwen onmogelijk is geworden. Een aanzienlijke in-perking van ons gaan en staan, maar allemaal om levens te redden: van anderen en van onszelf. De grote vraag is hoe lang wij deze ingeperkte vrijheid zullen accepteren.
Morren tegen Mozes
Centraal in het geloof van het Joodse volk staat de bevrijding uit het slavenhuis Egypte. Na ver-schrikkelijke plagen laat uiteindelijk de wrede farao de Joodse slaven vertrekken. Onder de hoede van Mozes trekt Israël door de woestijn naar het land van belofte; het land van melk en honing. Maar de tocht is zwaar. Bij gebrek aan water, ontstaat er onvrede. De ontberingen wor-den zo groot dat het volk terug gaat verlangen naar Egypte. Men was er weliswaar onvrij maar er was tenminste voldoende eten en drinken. De onvrede leidt uiteindelijk tot een morren te-gen Mozes en uiteindelijk ook tegen God (Exodus 17).




Wenkend perspectief?
Wat kunnen wij van dit verhaal uit het Oude Testament leren? Minstens twee dingen. Allereerst dat tijdens een lastig heden het verleden gemakkelijk wordt geïdealiseerd. Met regelmaat den-ken wij verlangend terug aan de tijd ‘voor de coronacrisis’. Maar, in het licht van de actuele cri-sis, lijkt mij een tweede leerpunt nog belangrijker. Ontberingen in het heden worden gemakke-lijker geaccepteerd als er een wenkende toekomst is. Voor Israël in de woestijn was het be-loofde land van melk en honing nog ver weg. Men was in de hitte van de woestijn bezig met de eerste levensbehoeften zoals water en voedsel. Zo komen wij bij de spannende vraag of in de huidige situatie het wenkend perspectief voor ons duidelijk genoeg is. Het resultaat van de be-wegingsbeperking is ongetwijfeld een daling van zieken en doden. Ons gezondheidssysteem stond op springen maar heeft met optimale krachtsinspanning standgehouden. Maar is dat vol-doende om te volharden? Zullen wij onze onderlinge betrokkenheid volhouden en alle inperkin-gen van onze vrijheden blijven dulden? Als ik goed zie en luister, ontstaan er steeds meer scheurtjes ondanks de oproepen van onze bestuurders. Gaan ook wij binnenkort morren?




Economische schade
Naarmate de intelligente lockdown voortduurt, worden de economische gevolgen steeds groter. Over de hele wereld zijn miljoenen banen verloren gegaan en op de beurzen miljarden ver-dampt. De gevolgen zijn te zien in stad en dorp. Ik merk het in het centrum van ‘s-Hertogen-bosch. Talloze winkels zijn dicht. Met name kleding- en schoenenwinkels, cafés en restaurants
maar ook de reisbureaus worden flink getroffen. Meer onzichtbaar, maar niet minder ernstig, is
de ellende voor talloze zelfstandigen zonder personeel en flexwerkers. Vaak hebben deze mensen
nauwelijks een buffer om op terug te vallen. Al met al staat de bestaanszekerheid van
steeds meer landgenoten onder druk. Hoe hoog zal de werkeloosheid worden en hoe ontwrichtend
wordt de crisis op sociaal-economisch terrein? Het grote gevaar bestaat dat de onderlinge
zorg voor elkaar zal verdampen. Het eigenbelang lijkt altijd groter dan het belang van de ander.
Het volhouden van onderlinge verbondenheid wordt de grote uitdaging van de komende
tijd.




Internationale verbondenheid
Kwetsbare mensen in een groot aantal landen van deze wereld komen snel in de gevarenzone.
Zoveel mensen die nu al in de marge leven, dreigen aan alles gebrek te krijgen. Een sociaal
vangnet zoals in Nederland ontbreekt immers in verreweg de meeste landen, al vallen ook hier
helaas medeburgers door de mazen van het net. Het wegvallen van inkomsten in combinatie
met het ontbreken van financiële reserves betekent dan automatisch diepe armoede. Tegen die
achtergrond heeft onze bisschoppenconferentie, samen met leiders van andere godsdiensten en
levensbeschouwingen, onze regering vorige week opgeroepen om de meest kwetsbaren in de
wereld niet te vergeten. Niet alleen om hun waardigheid te beschermen maar ook uit welbegrepen
eigenbelang. De wereld zit immers niet te wachten op een nieuwe golf van vluchtelingen.
Nu niet veroorzaakt door oorlogshandelingen maar door het onzichtbare maar levensbedreigende
coronavirus.




Elkaar vasthouden
Meer en meer wordt duidelijk dat er ook tijdens deze coronacrisis belangentegenstellingen zijn.
Als die te groot worden kan de onderlinge eensgezindheid, die tot nu toe indrukwekkend is, in
gevaar komen. Het vraagt van onze politici en bestuurders grote stuurmanskunst. Nu wordt een
beleid gevraagd dat mensen verbindt en niet uit elkaar drijft. Dat vraagt om het zoeken van
een goede balans tussen een houdbare gezondheidszorg en zo klein mogelijke economische
schade. Maar evenzeer om jongeren die zich, misschien langer dan verwacht, beperkingen willen
opleggen voor meer kwetsbare ouderen. Het vraagt ook om financiële solidariteit, nationaal
en internationaal. Werkenden moeten verbonden blijven met allen die hun arbeid door de crisis
verliezen. Dit alles om te voorkomen dat mensen tussen de raderen komen.




Eigenbelang overstijgen
Wij hebben als christenen een realistisch mensbeeld. Als de nood aan de man komt, hebben de
meesten van ons de neiging vooral voor zichzelf te kiezen. Maar wij kunnen onszelf ook overstijgen.
Ik schrijf dit Woord ter bemoediging in de Paastijd. Wij mogen leven in vriendschap met
de levende Christus. Geeft dat ons niet de kracht om onze eigen belangen te relativeren en ons
blijvend in te zetten voor het algemeen belang? Ik hoop en bid dat wij, in kracht van Gods
Geest, de onderlinge betrokkenheid zullen volhouden.




+ Dr. Gerard de Korte
Bisschop van ‘s-Hertogenbosch







14 april 2020
GOD EN CORONA: Straf van God? Een beschouwing in het licht van kruis en opstanding.






Buiten maar ook binnen de Kerk zijn stemmen die het coronavirus zien als een straf van God. In dit vierde Woord ter bemoediging plaats ik daar grote vraagtekens bij. Laten wij niet te gemakkelijk denken dat wij Gods beleid over ons bestaan kunnen doorgronden. Christus vormt voor ons het hoogtepunt van Gods openbarend spreken en handelen. In Hem ontmoeten wij allereerst een God die wil genezen en vergeven. Het vormt ook een vergissing om de scheppende God als eerste oorzaak te verwarren met de tweede oorzaken binnen de schepping. De God van de Schrift geeft vrijheid aan mensen en relatieve autonomie aan de natuur. Hij handelt allereerst door de Zoon die solidair met ons is in alle nood en door de Geest die ons inspireert om creatief te leven en het goede te doen. Zo kunnen wij God ook in deze crisistijd nabij weten.




Al maanden is de samenleving in de ban van het coronavirus. Het virus gaat de hele wereld rond. De meeste patiënten worden gelukkig mild ziek. Maar een aantal mensen krijgt complicaties en reeds duizenden zijn gestorven. Om besmettingsgevaar te voorkomen is in veel landen het publieke leven min of meer tot stilstand gekomen. Fysieke afstand vormt het parool. Alles bijeen brengt het virus veel zorgen en verdriet met zich mee, zowel medisch als sociaal en economisch. Niet weinigen, ook christenen, vragen naar de rol van God in deze crisis.




Straf van God?




Er zijn gelovigen die de coronacrisis zien als een straf van God. Het model van ellende als straf heeft oude papieren. Ik denk aan de duiding van de ballingschap van het Joodse volk in het Oude Testament in de zesde eeuw voor Christus. God lijkt het verbond met zijn volk te hebben opgezegd. Alles is verloren gegaan: het beloofde land, de tempel en de koning. En de profeten van Israël duiden de rampspoed als straf voor de ontrouw van het volk. Maar in het Oude Testament vinden wij ook al een scherp protest tegen de gedachte dat onheil onlosmakelijk zijn oorzaak heeft in de zonde. Als Job alles heeft verloren – zijn kinderen, zijn bezit en zijn gezondheid – komen de zogenaamde troosters hem zeggen dat zijn lot te maken heeft met onrechtvaardigheid in zijn leven. Maar Job werpt deze koppeling van zijn ellende en zonde ver van zich af.




Genezende en vergevende God




Het onderwijs van Jezus kan worden gezien in de lijn van Job. Jezus wil in het verhaal over de blindgeborene (Johannes 9) niet antwoorden op de vraag wie er gezondigd heeft, de blinde of zijn ouders. Jezus zegt alleen dat het werk van God in de blinde man openbaar moet worden. De blinde wordt genezen. Zo komt in Jezus een genezende God in beeld. Daarnaast vormt het herstel van de relatie van de mens met God een wezenlijk onderdeel van het openbare leven van Jezus. God wil niet de dood van de zondaar maar dat hij zich bekeert en leeft. In Jezus openbaart God zich allereerst als een genezende en vergevende God.




Recente geschiedenis




Het model van een straffende God is ook door de recente geschiedenis scherp ter discussie gesteld. Waren de Cambodjanen bovengemiddeld zondig zodat de Rode Khmer kon toeslaan? Waren de mensen in Rwanda bovengemiddeld zondig zodat velen van hen door een bloedige burgeroorlog om het leven kwamen? Was het joodse volk bovengemiddeld zondig zodat de Shoah hen trof? Waren de Russen bovengemiddeld zondig dat de terreur van Stalin kon huishouden? Maar weinig mensen zullen deze vragen positief willen beantwoorden. Veeleer wordt duidelijk dat wij uitermate voorzichtig moeten zijn in ons spreken over een straffende God. Laten wij als theologen en pastores niet denken dat wij God achter de kaart kunnen kijken. Gods voorzienig beleid over ons bestaan is maar moeilijk te doorgronden.




Middellijk




Er zijn vandaag ook christenen die het virus door gebed bestrijden. In de media zijn christelijke predikanten te zien die met stemverheffing menen het virus te kunnen uitdrijven. Maar doen wij daarmee recht aan Gods majesteit? Het is goed te beseffen dat God werkelijk God is. In het verhaal van het brandende braambos (Exodus 3) openbaart God zich als Degene die handelt via de inzet van mensen. God roept namelijk Mozes om zijn volk uit de slavernij van Egypte weg te halen. Dat is het patroon van de hele geschiedenis van God met zijn volk. God roept mensen en waar mensen die roeping niet beantwoorden en hun vrijheid misbruiken loopt de heilsgeschiedenis spaak. Wanneer Mozes vraagt naar de naam van Degene die hem roept, antwoordt God: Ik ben zoals Ik ben. God belooft zijn bijstand maar altijd op een manier die verrassend, onvermoed en onverwachts zal zijn. Niet voor niets is in de Bijbel de wolk het beeld van de ongrijpbare, onzichtbare en verborgen aanwezige God.




In de latere theologie wordt deze visie op God technisch verwoord door Hem causa prima te noemen. Hij is als Schepper de eerste oorzaak. En wij moeten zijn handelen niet verwarren met de tweede oorzaken binnen de schepping. Wij leven niet in een spook- of toverhuis maar in een wereld waarin wij als vrije mensen mogen leven en gelukkig steeds meer regelmatigheden hebben kunnen ontdekken. God werkt bijna altijd door mensen (middellijk) en niet rechtstreeks (onmiddellijk).




Om enkele voorbeelden te noemen. In Lourdes zijn miljoenen zieke pelgrims geweest. Ieder jaar begeleid ik een bedevaart van de Orde van Malta. Ik merk dat de meeste zieken letterlijk en figuurlijk opknappen door de liefde en dienstbaarheid van mensen die zij tijdens de bedevaart ontmoeten. Maar er zijn in de loop van de jaren maar enkele honderden onverklaarbare genezingen gemeld.




Een ander voorbeeld uit de Tweede Wereldoorlog. God heeft de poorten van Auschwitz niet zelf geopend. Neen, de terreurmachine in Auschwitz kwam tot stilstand door de bevrijding van het kamp door Russische soldaten. God werkt bijna altijd middellijk, in dit geval door soldaten van de wrede dictator(!) Stalin. God schrijft recht op kromme lijnen.




God drie-een




Hoe kunnen wij Gods betrokkenheid bij de coronacrisis dan begrijpen? Uit dit betoog mag duidelijk zijn dat wij, naar mijn diepste overtuiging, voorzichtig moeten zijn met ons spreken over een straffende God en dat Hij bijna nooit met wonderlijke ingrepen de wereld bestuurt. God respecteert bijna altijd de wetmatigheden van zijn schepping en de vrijheid van mensen. Als christenen spreken wij niet zomaar over God maar over de God die zich in de loop van Israëls geschiedenis heeft geopenbaard. Wij spreken over deze God heel beleefd: niet met twee




maar zelfs met drie woorden: God als Vader, Zoon en Geest. Een theoloog uit de eerste eeuwen heeft eens gezegd dat de Vader zijn twee armen liefdevol naar de aarde uitstrekt. De arm van de Zoon en van de Geest.




Solidaire Jezus




Voor een christen openbaart God zich bij uitstek in zijn Zoon Jezus. Juist in deze dagen staan wij bijzonder stil bij het lijden, de dood en de opstanding van Christus. In Hem toont God zijn solidariteit met onze wereld. Tot op het kruis heeft Jezus zich met ons verbonden. Christus is solidair tot in onze doodsangst en dood. Maar wij geloven ook dat de weg van het kruis de weg naar het nieuwe leven is geworden. Op de Paasmorgen heeft Jezus nieuw en ander leven ontvangen. Het grote wonder van Pasen. Tegelijk kunnen wij over dit wonder alleen maar stamelen en stotteren. Want Paasleven is niet meer onderworpen aan de dood terwijl al het ons bekende leven sterfelijk is en daardoor aan de dood gewijd. Toch geeft Pasen christenen de moed om te getuigen dat niet de dood maar God het laatste woord heeft. Hij is de Alfa en de Omega. Hij is trouw.




Inspirerende Geest




Naast het werk van Christus als de Zoon, zie ik het werk van de Geest die inspireert. Zonder Gods Geest geen leven en geen geloof; geen gemeenschap en geen solidariteit. Zonder de Geest ook geen gebed. Wij mogen juist in deze dagen hartstochtelijk bidden dat Gods Geest artsen en verpleegkundigen mag inspireren om in deze crisistijd vol te houden. Datzelfde geldt natuurlijk voor de mannen en vrouwen van het openbaar bestuur maar ook onze pastores in moeilijke omstandigheden. De Geest, zo hoop ik, inspireert de virologen om een vaccin tegen het virus te ontdekken. En niet in de laatste plaats geeft Gods Geest ons allen hopelijk veerkracht om in deze nare tijd niet alleen lichamelijk maar ook mentaal staande te blijven. Door onze onderlinge verbondenheid en liefdevolle nabijheid kan Gods aanwezigheid ook in deze crisis merkbaar worden.




+ Dr. Gerard de Korte
Bisschop van ‘s-Hertogenbosch




Zie hier de paasgroet van bisschop Gerard de Korte







31 maart 2020
BEPROEFD MAAR NIET ZONDER HOOP






Broeders en zusters,




Deze tijd van crisis is ook een tijd van beproeving. Wij mogen dan ook blij zijn met alles wat ons kan bemoedigen. Persoonlijk denk ik dan aan twee recente initiatieven van onze paus Franciscus. Op 25 maart, het hoogfeest van de Aankondiging van de Heer, heeft hij, in verbondenheid met christenen van allerlei kerken over heel de wereld, om 12.00 uur het gebed des Heren gebeden. Een prachtig oecumenisch initiatief waar miljoenen christenen aan hebben deelgenomen. Ikzelf heb in de kapel van het bisschophuis met enkele medewerkers het Onze Vader gebeden. In deze tijd van crisis en beproeving kunnen wij in gebed onze zorgen bij de Heer brengen.
Twee dagen later, op 27 maart, was er op een leeg Sint Pietersplein een indrukwekkend uur van gebed dat werd afgesloten met de zegening van stad en wereld. De paus had een verstaanbare en laagdrempelige verkondiging over de storm op het meer. Angstige leerlingen mogen ervaren dat Christus de storm bedwingt. Hij is de Heer. Ook vandaag, zo zei paus Franciscus, mogen wij geloven dat Christus bij ons is in de huidige storm. In alle angst en kleingelovigheid mogen wij ons veilig weten bij Hem.




Beproeving van Jezus
Wij staan op de drempel van de Goede Week 2020. De komende week gedenken wij de aankomst van Jezus in Jeruzalem. Hij wordt als een vredesvorst ontvangen. Maar al snel slaat de stemming om. De tegenstanders zien hun kans om Jezus tot zwijgen te brengen. Jezus voorziet de plannen van zijn tegenstanders. Hij weet van vijandschap en doodsdreiging. Zij veroorzaken angst in het hart van de Heer. Toch kan niets of niemand Hem van zijn levensopdracht afbrengen. Hij houdt vaste koers, ook als de vijand naderbij komt. Zijn leven staat volkomen in dienst van de Vader en van de mensen. Hij wordt gearresteerd en gemarteld en sterft aan het kruis op Golgotha.
Jezus heeft ons geleerd dat er geen grotere liefde bestaat dan om het leven te geven voor vrienden. Toch heeft Hij een nog grotere liefde geleefd. Hij sterft immers niet alleen voor zijn vrienden maar ook voor zijn vijanden. Uw Zoon, de enige Gerechte, heeft zich overgeleverd in onze handen. Hij werd genageld aan een kruis. Daar heeft Hij met wijd gestrekte armen het onverwoestbaar teken opgericht van het verbond tussen de hemel en de aarde (Eucharistisch gebed VII). Teken van Gods verzoenende liefde. De beproeving van de Heer is groot geweest maar heeft niet geleid tot wanhoop. Want Christus wist zich geborgen in de liefde van God. Van de Vader was Hij uitgegaan; tot de Vader keerde hij terug. De boodschap van Pasen is immers dat Christus is thuisgekomen bij God.




Actuele beproevingen
In mijn vorige Woord ter bemoediging heb ik vanzelfsprekend aandacht en gebed gevraagd voor de coronapatiënten met complicaties en voor hun dierbaren. Maar ook de artsen, verpleegkundigen en de leden van het openbaar bestuur die in ziekenhuizen en stadhuizen proberen om de crisis in goede banen te leiden. In dit Woord vraag ik heel bijzonder uw gebed voor alle mensen die zorgen dat onze voedselvoorziening in stand blijft. En bid ik, samen met paus Franciscus, voor het schoonmaakpersoneel. Met grote inzet proberen zij de hygiëne op hoog niveau te horen. Uitermate belangrijk om de verspreiding van het sluipende virus in te dammen.




Beproeving van onze pastores
Ons bisdom is momenteel helaas bovengemiddeld door het virus getroffen. Een en ander impliceert dat in veel parochies de leden van onze pastorale teams een grote hoeveelheid extra werk op hun bord krijgen. De zorg voor zieken maar ook de vele uitvaarten maakt de druk hoog en is mentaal belastend. Met mijn Woorden ter bemoediging maar ook met mails en telefoontjes wil ik onze priesters, diakens en pastoraal werkers in deze tijd een hart onder de riem steken. Ik ben daarbij dankbaar voor de kordaatheid van veel van onze pastores. In alle nuchterheid zijn zij bereid om te doen wat gedaan moet worden. Niet steunen en klagen maar de handen uit de mouwen om hun parochianen nabij te zijn en de bemoedigende boodschap van Christus te verkondigen. Weet dat ik u meedraag in mijn dagelijks gebed.




Geen publieke eredienst
Onze kerken zijn omwille van de bescherming van de gezondheid van mensen, heel bijzonder de meest kwetsbaren onder ons, gesloten voor de publieke eredienst. Ook is het niet mogelijk om op een veilige wijze de communie uit te reiken. Ik weet dat deze regelingen van de Nederlandse bisschoppen voor niet weinig priesters en gelovigen een groot offer vormen en verdriet teweegbrengen. En ik kan dat heel goed begrijpen. Het samen vieren van de Eucharistie in een kerkgebouw en het ontvangen van de Heilige Communie is niet te vergelijken met het volgen van de Eucharistie op de televisie of langs de digitale weg. Ik weet zelf van het verdriet van gelovigen die gewoon zijn om de dagmis in de kathedraal met mij mee te vieren. Maar dit offer moet worden gebracht en de pijn gedragen omwille van de gezondheid van onszelf en anderen. Zoals ik, samen met de andere bisschoppen, schreef: de eredienst aan God mag nooit een bron van besmetting van mensen worden. Zelf vier ik iedere ochtend in een gesloten Sint Jan de Eucharistie voor het welzijn van alle bewoners van ons bisdom. Ik weet dat veel priesters in hun eigen kerkgebouwen iedere dag hetzelfde doen. In onze kerken maar ook thuis kunnen wij zo de lofzang tot de goede God gaande houden.




Bestaansonzekerheid
De crisis veroorzaakt bij niet weinig Nederlanders grote zorgen op financieel niveau. Niet alleen de horeca en de toeristensector worden zwaar getroffen. Ook veel winkeliers houden bij gebrek aan klandizie hun winkels gesloten. Ondanks de steun van overheid en banken bestaat de vrees dat een aantal bedrijven met weinig buffers het loodje zal leggen. Bijzonder kwetsbaar zijn de zelfstandigen zonder personeel. Een deel van hen was al kwetsbaar en bouwde geen pensioen op. Door het wegvallen van opdrachten komt een deel van hen acuut in problemen. De crisis raakt ook de mensen aan de onderkant van de samenleving. Het is belangrijk dat parochies en parochiële caritasinstellingen de vinger aan de pols houden. In een aantal gevallen zullen zij hopelijk de meest kwetsbaren onder ons de helpende hand bieden.




Tot slot: niet zonder hoop
In de komende Goede Week gedenken wij de laatste dagen uit het aardse leven van Christus. Hij is tot het uiterste beproefd en heeft grote angst gekend. Maar uiteindelijk werd de angst geen wanhoop. Vol vertrouwen legde Jezus zijn leven in de handen van de Vader. Op de Paasmorgen heeft Hij nieuw en ander leven ontvangen. Christus is de Levende. Rondom Hem mogen wij Kerk zijn. Ik bid dat Hij ons allen, in deze tijd van beproeving, tot mensen van hoop en vertrouwen mag maken.




Dr. Gerard de Korte
Bisschop van ’s-Hertogenbosch




P.S. Klik hier voor een filmpje waarin bisschop Gerard de Korte een samenvatting geeft van zijn derde ‘Woord ter Bemoediging’.









24 maart 2020
Broeders en zusters,




Afgelopen zondag hebben de Nederlandse bisschoppen, in nauwe samenwerking met de KRO-NCRV, een landelijke gebedsestafette georganiseerd. Het begon met een Eucharistie waarin kardinaal Eijk de celebrant was en de dag werd afgerond met een avondgebed in onze Sint Jan. Eucharistie en avondgebed waren te zien op NPO 2. Tijdens de korte overweging in het avondgebed heb ik gewezen op het grote vertrouwen dat Maria in haar Zoon heeft. Tijdens de bruiloft van Kana, in het Johannesevangelie het begin van het openbaar leven van Jezus, zegt de moeder van de Heer tot de bedienden, wijzend op Christus, “Doet maar wat Hij u zeggen zal.”




onderwijs van Jezus
Tot op de dag van vandaag wijst Maria naar Christus en worden ook wij opgeroepen om te doen wat de Heer van ons vraagt. Wat kan het onderwijs van Jezus ons in deze lastige crisistijd leren? In mijn beleving minstens drie dingen. Allereerst een diep vertrouwen op God. Vervolgens de oproep om mensen van gebed te blijven. En tenslotte vraagt Christus ons om goed te zijn voor de mensen naast ons.
dicht bij God blijven
Christus spreekt veel over vertrouwen op God maar vooral heeft Hij dat vertrouwen ook voorgeleefd. In deze Veertigdagentijd begeleiden wij Jezus naar Jeruzalem. Zijn onderwijs en genezend handelen roepen enthousiasme op maar ook verzet. Het net van de vijand sluit zich steeds meer rondom Hem. Uiteindelijk zal Hij in Jeruzalem worden gearresteerd, gemarteld en gedood. Jezus, zo leert ons het Nieuwe Testament, heeft angst gekend. Grote angst zelfs voor datgene wat op Hem afkwam. Maar uiteindelijk kon Hij zijn leven wegschenken in het vertrouwen dat zijn Vader Hem zou opvangen. Christus leert ons om in deze bijzondere en, voor niet weinig mensen ook, angstige tijd onze toevlucht bij God te zoeken.
Gelukkig de mens die zich geborgen weet bij de Bron van ons bestaan.




de kracht van het gebed
Het geheim van het leven van Jezus vormde de biddende omgang met God die Hij zijn Vader noemt. Jezus bidt in de vrije natuur; in een synagoge of, bij gelegenheid van de feestdagen van Israël, in de grote Tempel van Jeruzalem. Biddend leeft Jezus voor God en is Hij verbonden met mensen. Er zijn zoveel intenties waarvoor wij kunnen bidden. Natuurlijk allereerst voor de zieken die door het coronavirus zijn getroffen. Maar ook voor hun familieleden en vrienden die zich vaak onmachtig voelen. Wij kunnen bidden voor de artsen en verpleegkundigen die vol toewijding voor de patiënten zorgen. Graag noem ik de leden van het openbaar bestuur die ons gebed kunnen gebruiken. Ik denk aan onze premier en de andere ministers die vele overuren maken om de crisis in te dammen. Ik heb de afgelopen week burgemeester Mikkers van ’s-Hertogenbosch een hart onder riem gestoken. Samen met zijn collega’s van Eindhoven en Tilburg speelt hij een belangrijke rol in de bovenmate getroffen provincie Brabant.
Gelukkig de mens die ook in deze dagen, ondanks onzekerheid en angst, tot gebed kan komen.




zorgen over eenzaamheid
Ons vertrouwen op God en onze biddende omgang met Hem, kan ons de kracht geven om voluit verbonden te zijn met onze naasten. Het virus wil onze naaste tot een tegenstander of zelfs vijand maken. Via een medemens kan het virus ons immers ziek maken. Tegen die achtergrond wordt ons gevaagd om de ander te mijden en uit de weg te gaan. Zo mogen bewoners van verpleeghuizen voorlopig geen bezoek ontvangen. Als deze situatie lang aanhoudt moeten wij vrezen dat onze mentale gezondheid zal worden aangetast. Eenzame mensen worden extra eenzaam met alle lichamelijke en psychische klachten die dat kan oproepen. De meeste mensen hebben immers niet het charisma van kluizenaar ontvangen.
Gelukkig de mens die, in deze crisistijd, niet in een ziekmakend isolement terecht komt.




creatief in naastenliefde
Maar gelukkig hoor ik over allerlei vormen van verbondenheid. Ik dank onze priesters, diakens. pastoraal werkers en de vele vrijwilligers in de parochies hartelijk die, via de telefoon of andere sociale media, medeparochianen steunen en bemoedigen. Herderlijke zorg in optima forma. Wij worden uitgedaagd om vindingrijk te zijn in onderlinge solidariteit. Tal van mogelijkheden dienen zich aan. Nu wij worden gemaand tot voorzichtigheid in sociale contacten, kan de moderne techniek een uitkomst zijn. Een telefoongesprek met iemand die dreigt te vereenzamen, kan wonderen doen. Datzelfde geldt voor het sturen van een leuke kindertekening of een opbeurende mail. Ikzelf kreeg meerdere mails met bemoedigende teksten. Dat doet mij goed. Ik hoor van buurtbewoners die boodschappen doen voor mensen die liever binnen blijven. Ook is het een goed idee om extra te koken voor mensen die een gezonde maaltijd kunnen gebruiken. Als bisschoppen hebben wij de gelovigen afgelopen week opgeroepen om het gebed nauw te verbinden met diaconie. Zo kan voedsel worden ingezameld voor onze voedselbanken of andere uitgiftepunten. Juist mensen aan de maatschappelijke onderkant hebben het extra zwaar. Laten wij vooral hen niet vergeten.
Gelukkig de mens die, over eigen grenzen heen, zorg draagt voor de ander.




tot slot
Broeders en zusters, de tijd is onzeker. En niemand weet hoe lang de ellende gaat duren. Ik hoop en bid dat u dicht bij God blijft leven en in gebed met Hem verbonden blijft. Vanuit de biddende omgang met de Heer ontvangen wij ook de energie om beschikbaar te zijn voor onze naasten. Laten wij met Maria, de moeder van de Heer, doen wat Christus van ons vraagt.
Tegen die achtergrond wens ik u voor de komende tijd veel creativiteit in naastenliefde.




+ Dr. Gerard de Korte




P.S. Laten wij ons van harte aansluiten bij het mooie oecumenische initiatief van onze paus en woensdag met vele christenen van allerlei tradities samen het gebed bidden dat Jezus ons geleerd heeft; zo kunnen wij dicht bij onze hemelse Vader blijven.




Klik hier voor – een filmpje waarin bisschop Gerard de Korte een samenvatting geeft van zijn tweede “Woord ter Bemoediging”;
– de gebedsviering ter afsluiting van de gebedscirkel “Biddend Verbonden” uit de Sint-Janskathedraal van zondag 22 maart jl.;
– het eerste Woord ter Bemoediging: Gezegend is hij die op de Heer vertrouwt en zich veilig weet bij hem. (Jeremia 17,7);
– het gebed van de Nederlandse bisschoppen.




Voedselpakketten/voedsel voor de voedselbank kan worden afgegeven bij de voedselbank in Kaatsheuvel,
Adres:
Schotsestraat 4c
5171 DT Kaatsheuvel
Tel: 06 21 86 82 57
Op donderdag van 17.15 uur – 18.00 uur
Vrijdag 9.30 uur – 12.00 uur en van 14.00 uur – tot 15.00 uur







13 maart 2020
Broeders en zusters in Christus,






Wij leven in een onzekere tijd. Het coronavirus lijkt heel de samenleving tot stilstand te brengen. Veel burgers, ook veel gelovigen, zijn bezorgd. Ikzelf werd donderdag tijdens de Eucharistie in de Sint Jan geraakt en gesterkt door de prachtige woorden van de profeet Jeremia: Gezegend is hij die op de Heer vertrouwt en zich veilig weet bij hem. (Jeremia 17,7).




Op dit moment leeft er veel onzekerheid in ons hart. Hoeveel mensen zullen ziek worden? Hoeveel mensen zullen door het virus sterven? Hoeveel mensen zullen zich in deze weken van sociale onthouding extra eenzaam voelen? Wat betekent het virus voor de werkgelegenheid en bestaanszekerheid? Allemaal vragen waarop wij op dit moment geen antwoord krijgen. Gelukkig dan de mens die zich geborgen weet bij God.




Wij leven in de Veertigdagentijd. Wij mogen Jezus begeleiden op weg naar Jeruzalem. Opnieuw gedenken wij hoe de Heer zichzelf heeft weggeschonken. Volkomen beschikbaar voor zijn Vader en dienstbaar aan ons mensen. In alle nood klampte Jezus zich vast aan zijn Vader en bleef op Hem vertrouwen. Hij stierf met op zijn lippen de woorden: Vader, in uw handen beveel ik mijn Geest ( Lucas 23,46).




De Nederlandse bisschoppen hebben, om de verspreiding van het virus in te dammen, een moeilijk besluit genomen. Op zaterdagavond en op zondag worden in onze kerken tot minstens het einde van deze maand geen publieke liturgische vieringen meer gehouden. De eredienst aan God mag geen bron van besmetting van mensen worden.




Maar deze maatregel nodigt ons uit om op andere manieren onze verbondenheid met de Heer gestalte te geven. Priesters worden bijzonder uitgenodigd privé of met hun teamleden op zondag in besloten kring de Eucharistie te vieren. Wij tonen zo de kracht van het plaatsvervangend gebed en mogen ons zo met geheel de parochie in gebed verbonden weten. Parochianen kunnen thuis bidden of in onze open kerken en kapellen een kaars branden. Juist nu zullen veel gelovigen hun toevlucht willen zoeken bij de Maria, de moeder van onze Heer. Zo kunnen wij God vragen om met zijn Geest onze zorgen te bedwingen en ons tot mensen van vertrouwen en overgave te maken.




Laten wij heel bijzonder bidden voor de mensen die getroffen zijn door het virus. Maar ook voor alle artsen en verpleegkundigen die dag in dag uit hard werken om de nood van zieken te lenigen. In kracht van het gebed zijn wij allen, juist in deze dagen, geroepen om anderen van dienst te zijn, heel bijzonder zieken, ouderen en eenzamen. Juist nu zijn wij uitgenodigd om, met de woorden van paus Franciscus, gestalte te geven aan een cultuur van solidariteit en barmhartigheid. Hopelijk kunt u veel kwetsbare parochianen via telefoon of internet bijstaan. Laten wij elkaar nabij blijven, juist hen die er alleen voor staan .




Ik hoop en bid dat u zich veilig mag weten bij de goede God. In Christus toont Hij zijn onvoorwaardelijke liefde en trouw. In gebed blijf ik bijzonder met u en geheel het bisdom verbonden.




+ Dr. Gerard de Korte




Bisschop van ’s-Hertogenbosch